36 067 Wijziging van de Pensioenwet, de Wet inkomstenbelasting 2001 en enige andere wetten in verband met herziening van het pensioenstelsel, standaardisering van het nabestaandenpensioen, aanpassing van de fiscale behandeling van pensioen en enige andere wijzigingen ten aanzien van pensioen (Wet toekomst pensioenen)

Nr. 36 MOTIE VAN HET LID VAN KENT

Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 12 oktober 2022

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het afschaffen van de doorsneesystematiek volgens het CPB tot wel 100 miljard kan kosten;

constaterende dat in de WTP geen garantie wordt geboden dat het nadeel van deze verandering van de manier waarop pensioen wordt opgebouwd voor mensen zal worden gecompenseerd, maar dat pensioenfondsen slechts wordt gevraagd compensatie te «overwegen»;

van mening dat dit door de regering zelf gecreëerde probleem dan ook door de regering zelf opgelost dient te worden en niet simpelweg mag worden doorgeschoven naar gewone mensen of hun pensioenfondsen;

verzoekt de regering bij nota van wijziging te bewerkstelligen dat werknemers, deelnemers en gepensioneerden geen financieel nadeel mogen ondervinden van het afschaffen van de doorsneesystematiek,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van Kent

Naar boven