36 067 Wijziging van de Pensioenwet, de Wet inkomstenbelasting 2001 en enige andere wetten in verband met herziening van het pensioenstelsel, standaardisering van het nabestaandenpensioen, aanpassing van de fiscale behandeling van pensioen en enige andere wijzigingen ten aanzien van pensioen (Wet toekomst pensioenen)

Nr. 28 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR ARMOEDEBELEID, PARTICIPATIE EN PENSIOENEN

Ontvangen ter Griffie op 6 oktober 2022.

De voordrachten voor de vast te stellen algemene maatregelen van bestuur zijn aan de Kamer overgelegd tot en met 3 november 2022.

De voordrachten voor de vast te stellen algemene maatregelen van bestuur kunnen niet eerder worden gedaan dan op 4 november 2022.

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 oktober 2022

Hierbij bied ik u aan het ontwerpbesluit tot wijziging van het Besluit uitvoering Pensioenwet en Wet verplichte beroepspensioenregeling vanwege aanpassing van de regeling voor nettopensioen en het ontwerpbesluit experimenten pensioenregeling voor zelfstandigen.

De voorlegging geschiedt voor het ontwerpbesluit vanwege aanpassing van de regeling voor nettopensioen in het kader van de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure (artikel 117a, tweede lid, van de Pensioenwet en artikel 115a, tweede lid, van de Wet verplichte beroepspensioenregeling) en voor het ontwerpbesluit experimenten pensioenregeling voor zelfstandigen in het kader van de in het wetsvoorstel Wet toekomst pensioenen opgenomen voorhangprocedure (artikel 150a, zevende lid, van de Pensioenwet, zoals dat artikel komt te luiden na inwerkingtreding van de Wet toekomst pensioenen) en biedt uw Kamer de mogelijkheid zich uit te spreken over beide ontwerpbesluiten voordat deze aan de Afdeling advisering van de Raad van State zullen worden voorgelegd en vervolgens zullen worden vastgesteld.

Op grond van de aangehaalde bepalingen geschiedt de voordracht aan de Koning ter verkrijging van het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State over de ontwerpbesluiten niet eerder dan vier weken nadat de ontwerpbesluiten aan beide Kamers der Staten-Generaal zijn overgelegd.

Een gelijkluidende brief heb ik gezonden aan de voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal.

De Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen, C.J. Schouten

Naar boven