36 045 Situatie in de Oekraïne

Nr. 71 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 april 2022

Hierbij stuur ik u, mede namens de Minister van Infrastructuur en Waterstaat en de Minister voor Klimaat en Energie, het antwoord op de spoedvragen die vanavond door uw Kamer zijn gesteld over de mogelijke aankomst van een tanker met Russische olie in de haven van Rotterdam.

De Minister van Buitenlandse Zaken, W.B. Hoekstra

Vraag 1

Klopt het dat er morgen Russische olie op deze wijze aankomt in Rotterdam

Antwoord

Ja. De Sunny Liga is niet door Zweedse autoriteiten geweigerd maar vanwege verzet van Zweedse havenarbeiders niet aangemeerd. Eén van de twee grootste Zweedse havenarbeidersvakbonden weigert sinds 28 maart alle schepen met «een band met Rusland» te lossen.

Vraag 2

Heeft de regering het bedrijf dat deze olie koopt en/of gebruikt gevraagd hiervan af te zien

Antwoord

Het kabinet heeft in recente Kamerbrieven, waaronder in de beantwoording van de motie van de leden Klaver en Piri (Kamerstuk 36 045, nr. 48) op 5 april (Kamerstuk 36 045, nr. 58), en de Kamerbrief over onafhankelijkheid van Russische olie, kolen en gas met behoud leveringszekerheid van 22 april (Kamerstukken 29 023 en 36 045, nr. 302) aangegeven zo snel als mogelijk de import van Russische energiedragers af te willen stappen. Daarbij heeft het kabinet bedrijven ook opgeroepen de import van Russische olie, kolen en gas zoveel mogelijk te beperken.

Vraag 3

Is de NL regering bereid om maatregelen te nemen om ervoor te zorgen dat deze olie niet geïmporteerd wordt.

Antwoord

Momenteel wordt gepoogd de afnemer van de lading van het schip te achterhalen. Het kabinet is voornemens in gesprek te treden met de afnemer van de lading die dit schip vervoert. Desalniettemin valt dit schip, en deze lading, op dit moment niet onder de EU-sancties tegen Rusland. Het huidige havenverbod heeft betrekking schepen die geregistreerd staan onder Russische vlag. Daarbij is een uitzondering opgenomen voor brandstof en voedselproducten. Dit schip vaart onder de vlag van de Marshall Eilanden en het schip heeft nooit onder een Russische vlag gevaren. Het schip komt met een lading gasolie uit Rusland. Aangezien het geen Russisch gevlagd schip is en voor zover kan worden nagegaan ook niet aan een persoon of entiteit op de sanctielijst kan worden gekoppeld, is er geen juridische grondslag om dit schip de toegang tot de haven van Rotterdam te weigeren. In het geval dat het schip onder RF vlag zou varen valt het in dit geval ook niet onder de sancties, omdat de lading bestaat uit goederen die op de uitzonderingslijst staat (artikel 3 sexies bis, 5e lid onder a, Verordening 2022/576 tot wijziging van VO833/2014).