36 045 Situatie in Oekraïne

Nr. 171 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN DEFENSIE, VAN BUITENLANDSE ZAKEN EN VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 november 2023

Na een jaar en negen maanden Russische agressieoorlog, staat het kabinet onverminderd achter Oekraïne. Met de ondertekening van de G7 verklaring1 heeft het kabinet zich gecommitteerd om Oekraïne op de lange termijn te blijven steunen (Kamerstuk 28 676, nr. 440). De invulling van het bilaterale veiligheidsarrangement tussen Nederland en Oekraïne wordt de komende maanden verder uitgewerkt. Het beleid ten aanzien van Oekraïne is door uw Kamer niet-controversieel verklaard.

In 2023 was er door het kabinet EUR 2,5 miljard gereserveerd (Kamerstuk 36 045, nr. 134.) waar in de zomer van 2.023 EUR 1,7 miljard voor de intensivering van de militaire steun is toegevoegd. Nederland geeft hiermee een boodschap van onverminderde solidariteit aan de Oekraïense bevolking, die kan rekenen op zo voorspelbaar mogelijke Nederlandse steun, zolang dat nodig is. Het is ook een politiek signaal richting Rusland dat het kabinet vastberaden is de steun aan Oekraïne voort te zetten.

De steun in 2024 is onderverdeeld in EUR 2 miljard militaire steun, EUR 295 miljoen als bijdrage aan de Europese Vredesfaciliteit (EPF), EUR 102 miljoen voor humanitaire steun en steun voor herstel en wederopbouw, EUR 89 miljoen voor accountability en EUR 3 miljoen voor niet-militaire cybersteun.

Militaire steun

De EUR 2 miljard, die conform de Oekraïne-regeling wordt vrijgemaakt uit algemene middelen, militaire steun zal worden ingezet middels commerciële aanschaf, levering uit eigen voorraad, samenwerkingsverbanden met internationale partners, leveringen gerelateerd aan trainingen, opsporingsonderzoek en financiële bijdragen aan internationale fondsen. Hiermee zal invulling worden gegeven aan de Oekraïense behoefte op bijvoorbeeld het gebied van munitie en instandhouding van geleverde platformen en systemen. De exacte besteding zal geschieden in nauw overleg met Oekraïne en bondgenoten en kan als gevolg van de verloop van het conflict wijzigen. Het is van belang om tegemoet te blijven komen aan de acute militaire noden van Oekraïne. Daarnaast is van belang in toenemende mate in te zetten op de interoperabiliteit van de Oekraïense strijdkrachten met de NAVO voor de middellange en lange termijn om de Russische dreiging ook in de toekomst geloofwaardig af te schrikken. Hiernaast zal EUR 295 miljoen worden bijgedragen aan de Europese Vredesfaciliteit (EPF), waar Nederland ook declaraties indient voor de geleverde militaire steun.

Humanitaire hulp, herstel en wederopbouw

Het kabinet stelt voor de eerste vier maanden van 2.024 EUR 102 miljoen uit algemene middelen beschikbaar voor humanitaire hulp en urgente herstelnoden. Met dit bedrag is het kabinet voornemens haar fair share voor de eerste vier maanden van 2024 bij te dragen aan de humanitaire en herstel- en wederopbouwopgave in Oekraïne, waarmee Oekraïne geholpen wordt de winter door te komen en zich voor te bereiden op het voorjaar.2 Het gaat hierbij mogelijk onder andere om hulp bij herstel kritieke infrastructuur, humanitaire hulp, en humanitaire ontmijning. Steun voor herstel en wederopbouw is onlosmakelijk verbonden met adequate en succesvolle militaire inzet.

Accountability

Het verzekeren van accountability voor Oekraïne is een belangrijke pijler van de Nederlandse steun aan Oekraïne, waarop het kabinet een doorlopende verantwoordelijkheid heeft om te doen wat nodig is. Premier Rutte heeft President Zelensky toegezegd gastland te zullen zijn voor het toekomstige agressietribunaal dat bedoeld is om de politieke leiding van Rusland te berechten voor de onrechtmatige inval in Oekraïne. Huisvesting, verbouwing en andere bijbehorende kosten die gemoeid zijn met het gastlandschap van een dergelijk tribunaal komen structureel voor rekening van het gastland. Nederland is bovendien op verzoek van Oekraïne lead nation op «Restoring Justice», punt zeven van het Oekraïne Vredesplan. In dat kader moet Nederland een betrouwbare partner zijn van Oekraïne, wat inhoudt dat er meerjarige politieke en financiële steun beschikbaar wordt gemaakt voor de doelstellingen onder dit punt. Dit betreft naast gastlandschap van het eerdergenoemde agressietribunaal, gastlandschap van het schaderegister voor Oekraïne en toekomstig volwaardig compensatiemechanisme, het leveren van kennis, kunde en capaciteit voor de nationale opsporing en vervolging. Dit laatste vanwege de enorme en gestaag groeiende caseload van internationale misdrijven door Oekraïne zelf. Tevens betreft dit de ondersteuning van Oekraïne bij de coördinatie van de internationale accountability-inspanningen. Bovendien zijn beveiligingskosten gereserveerd voor de beveiliging en bewaking van hoven en tribunalen die werken aan Oekraïne. Het kabinet heeft daartoe voor 2.024 EUR 89 miljoen uit algemene middelen beschikbaar gesteld. De kosten kennen een structurele doorwerking en het gaat dan om een bedrag van EUR 25 miljoen in 2025 en EUR 41 miljoen in 2026. Bij de Voorjaarsnota worden deze bedragen ingeboekt binnen de Rijksbegroting.

Tot slot ondersteunt Nederland Oekraïne bij het verbeteren van de cyberweerbaarheid. De dreiging van cyberaanvallen blijft onverminderd hoog, daarom is het belangrijk dat Oekraïne in staat wordt gesteld cyberaanvallen op vitale infrastructuur tegen te gaan. Hiertoe wordt samengewerkt met verschillende andere landen en private partijen. Voor de langere termijn weerbaarheid is het daarnaast noodzakelijk Oekraïne te ondersteunen bij de uitbreiding van eigen capaciteiten en cyberweerbaarheid. In totaal wordt hiervoor in 2.024 EUR 3 mln extra ter beschikking gesteld.

Tot slot

De steun voor 2024 is in lijn met de oproep van uw Kamer om de steun te intensiveren en tevens uit additionele middelen te financieren.3

De precieze besteding van deze steun hangt samen met het verloop van de oorlog en de daaruit voortvloeiende Oekraïense behoeften. Uw Kamer zal tijdig en op regelmatige momenten worden geïnformeerd over de precieze besteding van deze middelen.

De Minister van Defensie, K.H. Ollongren

De Minister van Buitenlandse Zaken, H.G.J. Bruin Slot

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, E.N.A.J. Schreinemacher


X Noot
2

Kamerbrief stand van zaken hulp, herstel en wederopbouw Oekraïne, 27 september 2022, Kamerstuk 36 045, nr. 113.

X Noot
3

Motie van het lid Sjoerdsma c.s. (Kamerstuk 21 501-02, nr. 2499), motie van het lid Brekelmans c.s. (Kamerstuk 21 501-02, nr. 2568), motie van het lid Hammelburg c.s. (Kamerstuk 36 045, nr. 77), motie van het lid Piri (Kamerstuk 21 501-20, nr. 1829), motie van de leden Thijssen en van der Lee (Kamerstuk, 36 045, nr. 100), motie van het lid Amhaouch c.s. (Kamerstuk 21 501-20, nr. 1768), motie van het lid Agnes Mulder c.s. (Kamerstuk 36 200 V, nr. 37) en motie van het lid Jasper van Dijk (Kamerstuk 36 200 V, nr. 29).

Naar boven