36 045 Situatie in de Oekraïne

Nr. 136 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN DEFENSIE EN VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 januari 2023

De Russische oorlog in Oekraïne gaat door. Elke dag vechten de Oekraïense strijdkrachten voor hun vrijheid, veiligheid en welvaart. En daarmee ook voor die van ons. Het is cruciaal het voortzettingsvermogen van Oekraïne op peil te houden in deze fase van het conflict. De oorlog raakt immers direct aan de waarden en veiligheidsbelangen van Nederland en Europa. De noodzaak om militaire steun aan Oekraïne te intensiveren was al evident, de urgentie is nu groter dan ooit. Het vergt een lange adem, solidariteit en vastberadenheid.

De Nederlandse militaire steun is onderdeel van een breder pakket aan steun, waarvoor het kabinet in 2023 2,5 miljard euro heeft gereserveerd (Kamerstuk 36 045, nr. 134). Dit bedrag is een inschatting van de militaire steun, trainingen, opsporingsonderzoek, steun voor kritieke herstelnoden en herstelwerkzaamheden, ontmijning en humanitaire hulp, en afhankelijk van het verloop van de oorlog voor betrokkenheid van het bedrijfsleven. Verder is een deel van het gereserveerde bedrag voorzien voor diverse activiteiten gericht op rechtsstatelijkheid, mensenrechten en accountability.

Deze inzet is in lijn met de oproep van uw Kamer om de steun te intensiveren en structureler te maken. Nederland geeft hiermee een boodschap van onverminderde solidariteit aan de Oekraïense bevolking, die kan rekenen op voortdurende Nederlandse steun zolang als dat nodig is. Het is ook een politiek signaal richting Rusland dat het kabinet vastberaden is de steun aan Oekraïne voort te zetten. Ten slotte kan Nederland met deze aankondiging internationaal een aanjagende rol spelen.

Mede namens de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, informeren wij uw Kamer over de laatste ontwikkelingen, inzet op het terrein van militaire steun en de nieuwe Nederlandse bijdragen aan de luchtverdediging van Oekraïne.

Situatie in Oekraïne

Rusland bestookt Oekraïne voortdurend met raketten en drones. Hierbij wordt de Oekraïense energievoorziening en infrastructuur geraakt en vallen vele burgerslachtoffers. Bij een raketaanval op een flatgebouw in Dnipro op 14 januari jl. zijn tientallen onschuldige Oekraïense burgers omgekomen. In het hele land zitten mensen letterlijk in de kou. Ondanks de Russische verliezen op het slagveld, heeft president Poetin zijn imperialistische territoriale ambities niet opgegeven. Het Kremlin richt zich op de verovering van de vier illegaal geannexeerde Oekraïense regio’s. Ook houdt Rusland de Krim bezet. De Russische gevechtshandelingen concentreren zich op dit moment rond Bakhmut en in de regio Donetsk. Het langdurige offensief in dit gebied leidt tot op heden tot beperkte terreinwinst. Het Kremlin zet sinds september 2022 gemobiliseerd personeel in om de militaire presentie aan de frontlinie te versterken. Het kabinet verwacht dat de gevechtshandelingen in de komende maanden zullen voortduren en sluit intensivering niet uit. Rusland probeert het moreel van de Oekraïense bevolking te breken en de Oekraïense krijgsmacht uit te putten door grote hoeveelheden (artillerie) munitie te gebruiken. Voor de Oekraïense zelfverdediging is daarom onder meer een voortdurende aanvoer van munitie nodig.

Er moet een einde komen aan het bloedvergieten, waar alleen Rusland verantwoordelijk voor is. Het is aan Oekraïne om te bepalen wanneer en onder welke voorwaarden daadwerkelijke vredesbesprekingen mogelijk zijn. Een sterke positie aan de onderhandelingstafel vereist een sterke positie op het slagveld. De weg naar een duurzame vrede is om Oekraïne militair te steunen de eigen soevereiniteit te verdedigen en te herstellen. Het initiatief van de Oekraïense president voor een «10-punten plan voor vrede» verdient onze steun, waarbij een voortrekkersrol op punt 7 («restorative justice») goed aansluit bij de Nederlandse accountability inzet voor Oekraïne.

Militaire steun

Samen met internationale partners blijft Nederland ook in 2023 onverminderd inzetten op meer militaire steun. De Oekraïense behoefte is daarin leidend. Samen met bondgenoten zijn de afgelopen maanden de Oekraïense slagkracht en het voortzettingsvermogen van de Oekraïense krijgsmacht aanzienlijk vergroot door militair materieel te leveren en trainingen en onderhoud te verzorgen.

Nederland zal daarnaast de eigen nationale voorraden aanvullen en de operationele gereedstelling op peil brengen. Defensie werkt daarom aan een lange termijnplan waarbij het inzet op slimme en intensieve samenwerking met zowel internationale partners als de defensie-industrie. Dit met als doel om focus en samenhang aan te brengen in de collectieve inspanning, de militaire steun aan Oekraïne te maximaliseren en te blijven werken aan het herstel en de versterking van de Nederlandse krijgsmacht. Hiermee wordt ook invulling gegeven aan de motie van het lid Brekelmans c.s. (Kamerstuk 21 501-02, nr. 2568).

Verslag UDCG

De Ministers van Defensie kwamen op 20 januari 2023 voor de achtste keer bijeen in de Ukraine Defense Contact Group (UDCG of Ramstein groep). Ministers spraken onder leiding van de Amerikaanse Minister van Defensie en in het bijzijn van SG NAVO over het belang en de impact van militaire steun aan Oekraïne, met nadruk op de timing van aanvullende steun die de deelnemende landen aankondigden. President Zelensky benadrukte in zijn virtuele bijdrage dat het bijna een jaar na de Russische inval belangrijker is dan ooit om de steun niet alleen voort te zetten, maar ook te intensiveren, zeker daar waar het luchtverdediging en Westerse main battle tanks (MBTs) betreft. Daar is grote haast bij, aldus de President van Oekraïne, en hij bedankte alle UDCG leden voor hun cruciale steun. De Oekraïense Minister van Defensie deelde de actuele situatie op het slagveld en hij stond stil bij de recente tragedie van het helikopterongeluk nabij Kyiv. Nederland sloot zich aan bij een groep landen, waaronder Duitsland, die aangaven de mogelijkheden omtrent het leveren van Westerse MBT’s te onderzoeken, inclusief het verzorgen van training. Dat traject wordt de komende periode verder verkend. De Minister van Defensie noemde in dit kader eerdere leveringen van T-72 tanks in samenwerking met de VS en Tsjechië. Ook kondigde zij aan dat Nederland in samenwerking met Tsjechië 100 voertuigen met luchtafweergeschut heeft aangekocht.1 Zij benadrukte de Nederlandse bereidheid om nog meer ondersteuning te bieden.

De deelnemers bevestigden de intentie van blijvende, meerjarige militaire steun aan Oekraïne en onderstreepten dat deze steun onvoorwaardelijk is. Bondgenoten spraken verder over het belang van het betrekken van de defensie-industrie bij de levering van militair materieel aan Oekraïne en om het materiaal dat bondgenoten zelf leveren, versneld te vervangen. Om hierover te spreken zijn recent ook de National Armament Directors samengekomen in UDCG-formaat.

Nederlandse bijdrage aan Patriot samenwerking VS en Duitsland

Tijdens de UDCG bijeenkomst gaf de Minister van Defensie aan dat Nederland deelneemt aan een samenwerkingsproject met de VS en Duitsland om Patriot luchtafweersystemen te leveren aan Oekraïne, inclusief munitie, training en onderdelen voor onderhoud. De levering van dit wapensysteem is een unieke en complexe operatie. De samenwerking houdt in dat Nederland twee lanceerinrichtingen en een aantal raketten levert. Ook levert Nederland een bijdrage aan trainingen op de Patriot systemen. Hiermee geeft Nederland samen met bondgenoten gehoor aan de dringende oproep van president Zelensky om luchtafweer te leveren tegen de voortdurende aanvallen met raketten en drones op Oekraïense steden.

Het Patriot wapensysteem kan een belangrijke bijdrage leveren aan de Oekraïense zelfverdediging. Het systeem is ook voor NAVO een belangrijke en schaarse capaciteit. Nederland heeft bij de beslissing van deze levering de afweging gemaakt tussen collectieve verdediging van Nederlandse en bondgenootschappelijke belangen enerzijds en het ondersteunen van Oekraïne in het conflict anderzijds. De levering past, gezien de huidige omstandigheden, binnen deze afweging, omdat de noodzaak voor effectieve luchtverdediging in Oekraïne groot is. De geconstateerde effecten op de gereedheid en inzetmogelijkheden van de Nederlandse strijdkrachten zijn aanzienlijk, maar van tijdelijke aard en daarom door Defensie als acceptabel beoordeeld. Om de te leveren delen van het Patriot systeem te vervangen, maakt Nederland afspraken met de VS om het vervangingstraject te versnellen. Voor deze levering zal, net als bij de eerdere leveringen, een zorgvuldige en versnelde toetsing aan de EU wapenexportcriteria plaatsvinden.

De Patriot is een grondgebonden luchtverdedigingswapensysteem voor de middellange afstand. Het systeem is ontworpen voor de luchtverdediging tot een hoogte van ongeveer 20 kilometer en een afstand van 60 kilometer. Het wapensysteem kan helikopters, bemande en onbemande vliegtuigen, ballistische raketten en kruisraketten uitschakelen. Het kan meerdere doelen tegelijk volgen en meerdere onderscheppingen tegelijk uitvoeren. Een Patriot-systeem bestaat uit een radar voor doelopsporing, een vuurleidingscentrale en meerdere lanceerinrichtingen.

Trainingen

Oekraïne heeft een blijvende behoefte aan goed getrainde militairen. Het Verenigd Koninkrijk heeft begin juli 2022 het initiatief genomen met operatie Interflex, een opleidingsprogramma gericht op het snel en grootschalig trainen van Oekraïense rekruten. Nederland levert hieraan vanaf september 2022 een militaire bijdrage. In de periode september tot november 2022 verzorgden circa 90 Nederlandse militairen van de Koninklijke Landmacht deze training aan twee lichtingen van elk tweehonderd militairen. In de periode januari tot april 2023 zullen circa 65 militairen van het Korps Mariniers ook twee lichtingen van elk tweehonderd Oekraïense rekruten trainen.2 Een stafofficier versterkt daarnaast de Britse coördinerende staf van het opleidingsprogramma. Uw Kamer is op 24 oktober 2022 over de bijdrage aan Interflex geïnformeerd (Kamerstukken 28 676 en 36 045, nr. 420).

In de periode april tot eind 2023 zal Nederland bijdragen met drie aanvullende rotaties voor Interflex en worden in totaal zes aanvullende lichtingen Oekraïense militairen getraind. Vanwege de inzetduur heeft de geplande inzet geen significante gevolgen voor de operationele gereedheid van de Nederlandse krijgsmacht. De totale kosten van de bijdrage aan Interflex worden in totaal geraamd op EUR 17,5 miljoen (september 2022-eind 2023) en worden gefinancierd uit het Budget Internationale Veiligheid (BIV).

De EU heeft in oktober 2022 de EU Military Assistance Mission (EUMAM) voor Oekraïne opgericht. EUMAM heeft als doel om de militaire capaciteiten van de Oekraïense krijgsmacht te versterken. Sinds 15 november 2022 is de EUMAM gestart met trainingen aan Oekraïense militairen. Het gaat om individuele en collectieve training, van basis tot specialistische niveaus. Duitsland en Polen nemen het grootste deel van de (logistieke) planning en uitvoering van de trainingsmodules op zich. Ook andere lidstaten geven trainingen onder EUMAM. Nederland levert stafofficieren aan de uitgebreide staf van het Military Planning and Conduct Capability (MPCC, operationeel hoofdkwartier van de missie) in Brussel, het Special Training Command (ST-C) in Duitsland, waaronder de plaatsvervangend commandant, en het Combined Arms Training Command (CAT-C) in Polen. In overleg met Duitsland, wordt bezien of Nederland substantieel kan bijdragen aan de door Duitsland geleide brigade- en bataljonstraining. Materieel-gerelateerde trainingen worden zo veel mogelijk onder EUMAM aangeboden.

Daarnaast leveren Nederlandse militairen specialistische opleidingen en trainingen, zoals rij- en vaaropleidingen, medische training en training op het gebied van ontmijning en de bediening van drones. De trainingen vinden plaats op diverse locaties buiten Oekraïne, inclusief in Nederland. Deze trainingen verzorgt Nederland samen met andere landen.

De Minister van Defensie, K.H. Ollongren

De Minister van Buitenlandse Zaken, W.B. Hoekstra


X Noot
1

Kamerstuk 22 054 en 36 045, nr. 374.

X Noot
2

Eerder werd uw Kamer geïnformeerd dat de bijdrage zou bestaan uit circa 90 militairen van het Korps Mariniers. Het gerealiseerde aantal is 65. Door de andere inrichting van de diverse infanterie-eenheden is het aantal verschillend voor het Korps Mariniers en de Koninklijke Landmacht.

Naar boven