35 942 Wijziging van de Jeugdwet in verband met het versterken van de rechtspositie van jeugdigen die worden opgenomen in een gesloten accommodatie (Wet rechtspositie gesloten jeugdhulp)

Nr. 17 AMENDEMENT VAN DE LEDEN RAEMAKERS EN WESTERVELD

Ontvangen 2 februari 2023

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

Na artikel I, onderdeel Aa, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

Aaa

Na artikel 4.1.1 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 4.1.1a

Bij regeling van Onze Ministers worden regels gesteld over:

  • a. het toekennen van zak- en kleedgeld; en

  • b. de omstandigheden waaronder in plaats van kleedgeld de jeugdhulpaanbieder in kleding of schoeisel kan voorzien.

Toelichting

Zak- en kleedgeld is van groot belang voor de zelfstandigheid van jongeren, ook als zij in een gesloten accommodatie zitten. Ondanks meerdere aansporingen vanuit de Kinderombudsman zijn er nog steeds gemeenten waar zak- en kleedgeld voor jongeren in de gesloten jeugdhulp onvoldoende geregeld is. De indieners willen een structurele oplossing hiervoor. Met dit amendement wordt geregeld dat bij ministeriële regeling regels worden gesteld over het toekennen van zak- en kleedgeld, zodat de jeugdige het recht heeft op zak- en kleedgeld. Zak- en kleedgeld wordt aan de jeugdige toegekend op een wijze die per ministeriële regeling wordt vastgesteld. Parallel hieraan wordt er gewerkt aan een vereenvoudiging van de Handreiking zak- en kleedgeld voor kinderen met een maatregel voor jeugdbescherming. De uitkomsten daarvan kunnen dan per ministeriële regeling worden vastgelegd als landelijke regeling. De indieners vinden het van belang om het recht wettelijk te regelen zodat hierover geen onduidelijkheid meer ontstaat, zoals bleek uit een uitvraag van Jeugdzorg Nederland en de Vereniging Nederlandse Gemeenten.

Daarnaast regelt dit amendement dat de jeugdige kleding en schoeisel krijgt als de jeugdige hier niet over beschikt. Dit is bedoeld voor situaties waarbij de jeugdige ondanks het recht op kleedgeld niet kan beschikken over voldoende kleding en schoeisel, bijvoorbeeld omdat de jeugdige aangeeft geen gebruik te willen of kunnen maken van kleedgeld om te voorzien in zijn of haar kleding.

Raemakers Westerveld

Naar boven