35 925 XV Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2022

Nr. 132 MOTIE VAN DE LEDEN INGE VAN DIJK EN VAN DER MOLEN

Voorgesteld 30 maart 2022

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de zogenoemde Europese btw-tarievenrichtlijn (Bijlage III bij Richtlijn 2006/112/EG) het mogelijk gaat maken na 5 april 2022 een btw-nultarief toe te passen op het openbaar vervoer;

constaterende dat ter ontlasting van de kosten van woon-werkverkeer overgegaan wordt tot accijnsverlaging over ongelode benzine, diesel en lpg/nlg en tot het verhogen van de onbelaste kilometervergoeding;

overwegende dat het reizigersaantal in het openbaar vervoer na de voorgaande coronamaatregelen naar verwachting pas in 2025 op het oorspronkelijke niveau teruggekeerd zal zijn;

overwegende dat het versneld herstellen van het reizigersaantal in het openbaar vervoer de mogelijkheid biedt om de regeling openbaar vervoer te bekorten of versneld te beëindigen;

verzoekt de regering, ten gunste van het vergroten van het aantal reizigers in het openbaar vervoer en het beperken van de reiskosten, te onderzoeken of het verlaagde btw-tarief op openbaarvervoersbewijzen tijdelijk naar 0% kan worden gebracht, en dit te betrekken bij de brede evaluatie van het lage btw-tarief waarvan het openbaar vervoer deel uitmaakt,

en gaat over tot de orde van de dag.

Inge van Dijk

Van der Molen

Naar boven