35 925 XII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2022

Nr. 99 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 april 2022

Op 24 maart jl. is de herziene Eurovignetrichtlijn in werking getreden. Uw Kamer is eerder geïnformeerd over het politieke akkoord inzake de herziening, o.a. bij brief van 15 oktober 2021 «Draaiboek tolvrije Westerscheldetunnel» (Kamerstuk 35 925 XII, nr. 12) en bij brief van 9 december 2021 «Geannoteerde agenda Transportraad» (Kamerstuk 21 501-33, nr. 884).

De keuze of wegbeprijzing wordt ingevoerd is en blijft aan de lidstaat. Als een lidstaat besluit tot invoering van wegbeprijzing, geeft de herziene richtlijn een kader voor alle voertuigen en voor alle tolsystemen en gebruiksheffingen voor wegverkeer, waaronder de Westerscheldetunnel en de Kiltunnel. Deze tolsystemen zijn al in werking en moeten daarom voldoen aan de implementatietermijn van twee jaar. Over de overige systemen wordt uw Kamer apart geïnformeerd.

De afgelopen periode zijn de eventuele gevolgen voor de Westerscheldetunnel en de Kiltunnel in kaart gebracht. Dit gebeurt in goede afstemming met de betrokken stakeholders. Een zeer beperkt aantal artikelen is van toepassing op de tolheffing van deze tunnels, gezien het wegennet waarop de tunnels gelegen zijn: zij zijn geen onderdeel van het TEN-T wegennet (TransEuropeesNetwerk-Transport) en evenmin snelwegen. Voor sommige artikelen is feitelijk handelen, zoals bijvoorbeeld een mededeling aan de Europese Commissie door de overheid dan wel de tolheffer voldoende. Enkele van deze artikelen behoeven juridisch wel implementatie, waaronder een verbod op discriminatie, zoals onderscheid maken naar herkomst van het voertuig. Dit zal in de praktijk geen gevolgen hebben voor de Kiltunnel en de Westerscheldetunnel, omdat discriminatie nu ook al niet is toegestaan.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, M.G.J. Harbers

Naar boven