35 925 XII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2022

Nr. 96 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 maart 2022

Tijdens het Hoofdlijnendebat Infrastructuur en Waterstaat van 16 februari 2022 (Kamerstuk 35 925 XII, nr. 79) is toegezegd dat uw Kamer per brief wordt geïnformeerd over de mogelijkheid de Westerscheldetunnel voor de Zeeuwen (eerder) tolvrij te maken. Via deze brief geef ik invulling aan deze toezegging.

Uit gesprekken met de regio en uw Kamer is de wens de Westerscheldetunnel tolvrij te kunnen gebruiken zeer helder geworden. U vroeg mij naar de mogelijkheid de Westerscheldetunnel alleen voor Zeeuwen tolvrij te maken.

De realiteit is echter dat het bij tolheffing niet toegestaan is onderscheid te maken naar de herkomst van voertuigen. In artikel 18 van het Verdrag betreffende de Europese Unie is discriminatie op grond van nationaliteit nadrukkelijk verboden.

In 2019 heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie zich nog uitgesproken over het in Duitsland voorgenomen vignet voor personenvoertuigen waarbij de eigen inwoners het exacte bedrag van het vignet of – bij Euro VI voertuigen – zelfs meer dan dat zouden terugkrijgen via de zogenaamde Kraftfahrzeugsteuer (de Duitse tolzaak)1. Dit is niet toegestaan, omdat het discriminerend is voor voertuigen die niet in Duitsland geregistreerd zijn.

De Duitse tolzaak is mede aanleiding geweest tot de uitbreiding van het kader in de Eurovignetrichtlijn2 van vrachtwagens boven 3,5 ton naar ook andere voertuigen. De herziene richtlijn is op 4 maart 2022 gepubliceerd.

In de richtlijn is nadere specificatie van het verbod van discriminatie gegeven.

De richtlijn biedt wel ruimte voor een korting voor frequente gebruikers, met name in gebieden met verspreide bewoning en de bevolking van steden.

Deze korting moet dan wel worden geboden aan alle frequente gebruikers, ongeacht herkomst.

Een dergelijke korting is reeds mogelijk bij de Westerscheldetunnel.

Alhoewel ik begrip heb voor de wens van de Zeeuwse gebruikers van de Westerscheldetunnel om deze tolvrij te kunnen benutten, moet ik concluderen dat het niet mogelijk is om deze gebruikers vrijstelling van de betaling van tol te geven.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, M.G.J. Harbers


X Noot
1

HvJ 18 juni 2019, Oostenrijk/Duitsland, C-591/17, ECLI:EU:C:2019:504.

X Noot
2

Richtlijn 1999/62/EG van het Europees parlement en de Raad van 17 juni 1999 betreffende het in rekening brengen van het gebruik van bepaalde infrastructuurvoorzieningen aan zware vrachtvoertuigen (PbEG 1999, L 187) en de wijziging van de richtlijn door middel van Richtlijn (EU) 2022/362 van het Europees parlement en de Raad van Europa van 24 februari 2022 tot wijziging van de Richtlijnen 1999/62/EG, 1999/37/EG en (EU) 2019/520 betreffende het in rekening brengen van het gebruik van bepaalde infrastructuurvoorzieningen aan voertuigen (PbEU 2022, L69).

Naar boven