35 925 VIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2022

Nr. 140 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 december 2021

Bij de behandeling van de begroting van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking 2022 (Handelingen II 2021/22, nr. 27, Begroting Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking 2022) is door Kamerlid Amhaouch samen met de leden Hammelburg en Koekkoek, een motie voorgesteld die het groeiende tekort aan praktisch en technisch opgeleide vakmensen aankaart en de regering verzoekt om de behoefte, kansen en bedreigingen omtrent praktisch en technisch geschoold personeel in Europa in beeld te brengen.1 Deze motie is tijdens de behandeling van de begroting van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking door uw Kamer aangehouden in afwachting van een beoordeling. Via deze brief ontvangt u een appreciatie op de motie.

De motie kan ik oordeel Kamer geven. De motie sluit aan op de motie die is aangenomen bij de begrotingsbehandeling van Economische Zaken en Klimaat waarin de regering is verzocht om een analyse te maken van de effectiviteit van initiatieven die lopen om personeelstekorten in de techniek op te lossen en te onderzoeken waar aanvullingen nodig zijn.2 Dit als basis voor een aanvalsplan waarmee een volgend kabinet aan de slag kan om de tekorten in de technische sector structureel op te lossen. Het verzoek in de aangehouden motie om een beeld over de Europese situatie omtrent technische vakmensen, kan hierbij worden betrokken. Het is belangrijk om dit te doen in samenspraak met het Techniekpact en het vervolg daarop.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven


X Noot
1

Kamerstuk 35 925 XVIII, nr. 35

X Noot
2

Kamerstuk 35 925 XIII, nr. 38.

Naar boven