Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 maart 2022
Tijdens het debat op 14 september jl. over de gang van zaken rondom de uitlevering
van de heer Julio Poch, is aan uw Kamer gemeld dat strafrechtelijke rechtshulp niet
openbaar gemaakt kan worden (Handelingen II 2020/21, nr. 105, item 24). Op 17 september jl. is het rechtshulpverzoek van de Argentijnse autoriteiten van
24 juni 2009 ter vertrouwelijke inzage gelegd bij uw Kamer (Kamerstuk 35 570 VI, nr. 129). Op 16 december jl. heeft de Vaste commissie voor Justitie en Veiligheid in een
vervolgverzoek gevraagd of er getracht is instemming te krijgen van de Argentijnse
autoriteiten voor openbaarmaking van het rechtshulpverzoek van 24 juni 2009.
Zoals eerder aan uw Kamer medegedeeld, wordt de communicatie en afstemming die in
het kader van een rechtshulpverzoek plaatsvindt, in het interstatelijke diplomatieke
verkeer als blijvend strikt vertrouwelijk aangemerkt. Landen vertrouwen erop dat hetgeen
zij in het kader van rechtshulp-, signalerings- en uitleveringsverzoeken met Nederland
delen vertrouwelijk wordt behandeld. Nederland heeft met veel landen een wederzijdse
rechtshulprelatie, waarbij deze vertrouwelijkheid een essentiële voorwaarde is voor
het voortduren daarvan. Het tornen aan dit vertrouwelijkheidsbeginsel tast de positie
van Nederland als betrouwbare partner in het kader van criminaliteitsbestrijding aan,
hetgeen tevens een verslechtering van de Nederlandse informatiepositie tot gevolg
kan hebben en ertoe kan leiden dat andere landen zich terughoudender opstellen in
de samenwerking met Nederland.
In het kader van de behandeling van een verzoek met een beroep op de Wet openbaarheid
van bestuur inzake het dossier J.A. Poch van 4 april 2019 heeft mijn ambtsvoorganger,
met het oog op openbaarmaking van stukken, onder andere de Argentijnse autoriteiten
verzocht om een reactie. Ten aanzien van het verzochte rechtshulpverzoek heb ik nog
geen reactie ontvangen. Vanwege het belang van het dossier J.A. Poch heb ik het verzoek
van uw Kamer recent onder de aandacht gebracht van de Argentijnse autoriteiten.
Op dit moment ben ik in afwachting van een reactie, en zal ik uw Kamer informeren
zodra er nadere ontwikkelingen zijn.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
D. Yeṣilgöz-Zegerius