Hieronder zijn opgenomen het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State
d.d. 10 februari 2021 en het nader rapport d.d. 19 april 2021, aangeboden aan de Koning
door de Minister van Economische Zaken en Klimaat. Het advies van de Afdeling advisering
van de Raad van State is cursief afgedrukt.
Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 15 december 2020, nr. 2020002595,
machtigde Uwe Majesteit de Afdeling advisering van de Raad van State haar advies inzake
het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies,
gedateerd 10 februari 2021, nr. W18.20.0488/IV, bied ik U hierbij aan.
Bij Kabinetsmissive van 15 december 2020, no. 2020002595, heeft Uwe Majesteit, op
voordracht van de Minister van Economische Zaken en Klimaat, bij de Afdeling advisering
van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet houdende
regels omtrent garanties van oorsprong voor energie uit hernieuwbare bronnen (Wet
implementatie EU-richtlijn hernieuwbare energie en garanties van oorsprong), met memorie
van toelichting.
De Afdeling advisering van de Raad van State heeft geen opmerkingen bij het voorstel
en adviseert het voorstel bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal in te dienen.
Gelet op artikel 26, zesde lid jo vijfde lid, van de Wet op de Raad van State, adviseert
de Afdeling dit advies openbaar te maken.
De vice-president van de Raad van State,
Th. C. de Graaf
Het voorstel geeft de Afdeling advisering van de Raad van State geen aanleiding tot
het maken van inhoudelijke opmerkingen.
Na ontvangst van het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State zijn
enkele tekstwijzigingen van zeer ondergeschikte aard doorgevoerd in het wetsvoorstel,
de memorie van toelichting en in de transponeringstabel ter actualisering.
Ik moge U verzoeken het hierbij gevoegde voorstel van wet en de gewijzigde memorie
van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
B. van ’t Wout