35 735 Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2021 (Vierde incidentele suppletoire begroting inzake extra steun voor de culturele en creatieve makers in verband met COVID-19)

35 776 Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2021 (Zevende incidentele suppletoire begroting inzake extra middelen opschalen initiatieven kunst en cultuur voor kwetsbare groepen in verband met COVID-19)

D NADERE MEMORIE VAN ANTWOORD

Ontvangen 15 oktober 2021

Het voorbereidend onderzoek met betrekking tot de wetsvoorstellen Vierde incidentele suppletoire begroting inzake extra steun voor de culturele en creatieve makers in verband met COVID-19 en Zevende incidentele suppletoire begroting inzake extra middelen opschalen initiatieven kunst en cultuur voor kwetsbare groepen in verband met COVID-19 heeft de commissie aanleiding gegeven tot het maken van opmerkingen en het stellen van vragen.

De regering heeft, naar aanleiding van vragen van de PVV-fractieleden, in de memorie van antwoord aangegeven dat als het gaat om de culturele basisinfrastructuur (BIS), voor de periode 2021–2024 ten aanzien van de subsidievoorwaarden voor steun voor de kunst-, cultuur- en muzieksector onder andere de Code Diversiteit en Inclusie geldt. De leden van de PVV-fractie hebben de memorie van antwoord kennisgenomen. Zij stellen nog aanvullende vragen.

Diversiteitsbeleid

De leden van de PVV-fractie vragen waarom instellingen, orkesten en/of groepen door deze Code Diversiteit en Inclusie worden gedwongen tot selectieve en expliciete kleur in kunst- en cultuuruitingen en het selecteren van uitvoerende kunstenaars en/of muzikanten op ras/kleur om subsidiëring veilig te stellen. Ook vraagt de PVV-fractie waarom de regering geen afstand neemt van deze vorm van discriminatie door de overheid die bij wet verboden is.

Eén van de uitgangspunten van het cultuurbeleid is dat cultuur van, voor en door iedereen is, ongeacht de plek waar je woont, je afkomst, beperking, culturele achtergrond of leeftijd. Het aanbod dat het Rijk ondersteunt, zou een goede afspiegeling moeten zijn van verschillende voorkeuren in de samenleving én van het culturele veld.

De Code Diversiteit en Inclusie (Code D&I) is opgesteld door de gezamenlijke brancheverenigingen in de culturele en creatieve sector en heeft als doel dat de culturele en creatieve sector de brede diversiteit van de Nederlandse samenleving representeert. Denk daarbij bijvoorbeeld aan diversiteit in gender, beperking, seksuele oriëntatie, religie, sociaaleconomische status, opleidingsniveau, leeftijd en culturele achtergrond. Daarmee is de Code D&I een middel om uitsluiting en discriminatie in de culturele en creatieve sector tegen te gaan, door ruimte te maken voor een verscheidenheid aan verhalen en perspectieven.

De Code D&I is, net als de Fair Practice Code en de Governance Code Cultuur, een subsidievoorwaarde voor de culturele basisinfrastructuur (BIS) van 2021–2024. Hoe culturele instellingen daar invulling aan geven, is aan hen. Zij hebben hun voornemens beschreven in de activiteitenplannen, welke de Raad voor Cultuur heeft beoordeeld. De Raad voor Cultuur heeft mij vervolgens geadviseerd over de BIS. Op 15 september 2020 zijn de besluiten over de BIS naar de Tweede Kamer gestuurd middels de Prinsjesdagbrief.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven

Naar boven