De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In artikel I, onderdeel A, onder 3, vervalt het voorgestelde onderdeel m, onder verlettering
van het voorgestelde onderdeel n tot onderdeel m.
II
In artikel I, onderdeel L, vervalt het tweede onderdeel, alsmede de aanduiding «1.»
voor het eerste onderdeel.
III
In artikel I, onderdeel N, wordt in het voorgestelde artikel 23a, eerste lid, de dubbele
punt aan het slot vervangen door «een niet-Nederlandse gever.» en vervallen de onderdelen a
tot en met c.
IV
Artikel I, onderdeel O, wordt als volgt gewijzigd:
1. Onderdeel 1 komt te luiden:
1. In het eerste lid, onderdeel c, vervalt «van € 25.000 of meer».
3. Onderdeel 3 wordt als volgt gewijzigd:
a. In het voorgestelde vierde lid wordt «onder b tot en met d» vervangen door «onder b
en c».
b. In het voorgestelde vijfde lid wordt «onder b en c» vervangen door «onder b».
V
Artikel I, onderdeel Oa, vervalt.
VI
Artikel I, onderdeel P, wordt als volgt gewijzigd:
1. Onderdeel 1 komt te luiden:
1. In het eerste lid, onderdeel b, vervalt «van € 25.000 of meer».
2. In onderdeel 2 wordt in het voorgestelde derde lid «onder a en b» vervangen door
«onder a».
VII
In artikel I, onderdeel Q, onder 1, vervalt «wordt «van een gever in een kalenderjaar
bijdragen heeft ontvangen van in totaal € 4.500 of meer» vervangen door «in een kalenderjaar
van een Nederlandse gever bijdragen van in totaal € 4.500 of meer of van een andere
dan Nederlandse gever uit een lidstaat een bijdrage van meer dan € 0 heeft ontvangen»,
en».
VIII
In artikel I, onderdeel R, wordt het voorgestelde artikel 30 als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:
a. In onderdeel a vervalt «Nederlandse».
2. In het vijfde lid wordt «onder a en b» vervangen door «onder a».
IX
In artikel I, onderdeel T, onder 1, vervalt «wordt «van een gever in een kalenderjaar
bijdragen heeft ontvangen van in totaal € 4.500 of meer» vervangen door «in een kalenderjaar
van een Nederlandse gever bijdragen van in totaal € 4.500 of meer of van een andere
dan Nederlandse gever uit een lidstaat een bijdrage van meer dan € 0 heeft ontvangen»,
en».
Toelichting
Indiener beoogt met dit amendement financiering van politieke partijen vanuit het
buitenland in het geheel te verbieden, met uitzondering van Nederlanders die in het
buitenland woonachtig zijn. Indieners kiezen er voor om ook buitenlandse financiering
vanuit landen binnen de EU te verbieden. De democratie in Nederland is van Nederlanders,
financiering van politieke partijen vanuit het buitenland past daar niet bij. De ongewenste
beïnvloeding van buiten de EU kan met lidstaten als tussenstap gezet worden en is
in zijn geheel niet ondenkbaar gezien het feit dat meerdere lidstaten binnen de EU
een niet optimaal functionerende democratie en toezicht op financiering uit het buitenland
hebben. Met dit voorstel wordt dit risico ondervangen.
Het onderscheid tussen niet-EU-landen en EU-landen is volgens de indiener bovendien
gerechtvaardigd omdat het democratische, openbare, belang boven het belang van de
vrije interne markt gaat. Precies dezelfde argumenten gelden voor de onwenselijkheid
van financiering van niet-EU-landen en EU-landen.
Leijten