35 633 Wijziging van de Wet verbod pelsdierhouderij in verband met een vervroegde beëindiging van de pelsdierhouderij

Nr. 17 AMENDEMENT VAN HET LID OUWEHAND TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 81

Ontvangen 30 november 2020

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Artikel I, onderdeel B, wordt als volgt gewijzigd:

1. In de aanhef wordt «wordt een artikel» vervangen door «worden twee artikelen».

2. Na het voorgestelde artikel 8 wordt een artikel toegevoegd, luidende:

Artikel 8a

Vergunningen als bedoeld in artikel 2.7, tweede lid, van de Wet natuurbescherming, daarvoor in de plaats komende omgevingsvergunningen voor activiteiten als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en toestemmingsbesluiten, bedoeld in artikel 9.4, achtste lid, van de Wet natuurbescherming, vervallen voor zover zij betrekking hebben op de uitoefening van de nertsenhouderij.

Toelichting

Met dit amendement wordt de natuurbescherming gediend en wordt ook voorkomen dat nertsenfokkers na het beëindigen van hun bedrijf met de verkregen vergoeding opnieuw dieren – zoals konijnen – gaan houden of dat andere veebedrijven kunnen gaan uitbreiden.

Dit amendement zorgt daarmee voor een efficiënte besteding van belastinggeld en voor een daadwerkelijke bijdrage aan de afbouw van de bioindustrie en de verbetering van de natuur.

Ouwehand


X Noot
1

Vervanging in verband met een wijziging in de toelichting.

Naar boven