De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In artikel I, onderdeel N, wordt in het voorgestelde artikel 7.5.1, derde lid, eerste
zin, «en een beroep of bezwaar» vervangen door «dan wel beroep of bezwaar», wordt
«paragraaf 2» vervangen door «paragraaf 2 van deze titel», wordt «genomen beslissing
van een orgaan van een instelling dan wel het ontbreken ervan op grond van deze wet
en daarop gebaseerde regelingen» vervangen door «schriftelijke beslissing, inhoudende
een rechtshandeling op grond van deze wet en daarop gebaseerde regelingen dan wel
vanwege het ontbreken van een dergelijke beslissing».
II
In artikel I, onderdeel Q, worden na het voorgestelde artikel 7.5.7, tweede lid, twee
leden ingevoegd, luidende:
-
2a. De geschillenadviescommissie neemt tevens kennis van geschillen tussen ouders, voogden
of verzorgers van studenten, dan wel van de studenten zelf indien zij meerderjarig
en handelingsbekwaam, en het bevoegd gezag van een instelling die ontstaan bij de
uitvoering van de afspraken, bedoeld in artikel 8.1.3a, eerste lid.
-
2b. De geschillenadviescommissie brengt aan het bevoegd gezag binnen tien weken advies
uit over geschillen, bedoeld in lid 2a, rekening houdend met het ondersteuningsaanbod,
bedoeld in artikel 7.4.8, tweede lid. Het bevoegd gezag neemt na ontvangst van het
advies binnen twee weken een schriftelijke beslissing.
III
In artikel I, onderdeel R, wordt na het voorgestelde artikel 7.5.9, eerste lid, een
lid ingevoegd, luidende:
Toelichting
Ondergetekende vindt het met het oog op de kwetsbare positie van veel studenten onwenselijk
verschil in rechtsbescherming te creëren als het gaat om enerzijds het maken van afspraken
over extra ondersteuning en anderzijds het uitvoeren van deze afspraken. Dit amendement
zorgt voor gelijkwaardiger rechtsbescherming door de geschillenadviescommissie ook
in te zetten als het gaat om extra ondersteuning van studenten en door beroep bij
de Raad van State mogelijk te maken.
Op grond van het wetsvoorstel brengt de geschillenadviescommissie advies uit over
bezwaren die de gemaakte afspraken betreffen en kan tegen de beslissing op bezwaar
vervolgens beroep worden ingesteld bij de Raad van State. Volgens de regering behoren
bezwaren tegen de uitvoering van afspraken niet thuis bij de geschillenadviescommissie
en zullen studenten hiervoor een procedure bij de burgerlijke rechter moeten aanspannen.
Voor zover deze bezwaren toch als publiekrechtelijk besluit zouden gelden, vindt de
indiener het met het oog op de studenten niet verantwoord deze ontwikkeling aan een
mogelijk jarenlange strijd in de rechtspraktijk over te laten.
De indiener vindt het onwenselijk dat voor geschillen over het bieden van passende
ondersteuning op grond van de afspraken een hogere drempel wordt opgeworpen. Evenals
in het funderend onderwijs zou daarom ook voor deze specifieke categorie geschillen
een laagdrempelige commissie beschikbaar moeten zijn. De indiener kiest hierbij voor
de geschillenadviescommissie.
Het amendement regelt dat de geschillenadviescommissie, evenals de geschillencommissie
passend onderwijs, binnen tien weken advies uitbrengt aan het bevoegd gezag over geschillen
van ouders en studenten inzake de uitvoering van gemaakte afspraken. Het bevoegd gezag
dient naar aanleiding van het advies binnen twee weken een schriftelijke beslissing
te nemen. Tegen deze beslissing staat beroep open bij de Raad van State.
Bisschop