Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
In artikel I, onderdeel H, komt het voorgestelde artikel 15b te luiden:
Artikel 15b
1. Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties kan aan de provincie
Groningen en gemeenten in de provincie Groningen een uitkering als bedoeld in artikel 15a
van de Financiële-verhoudingswet verstrekken voor activiteiten die gericht zijn op
de toekomstbestendigheid of de leefbaarheid van de provincie Groningen.
2. Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties kan een uitkering als
bedoeld in artikel 15a van de Financiële-verhoudingswet verstrekken aan de gemeenten
Eemsdelta, Groningen, Het Hogeland, Midden-Groningen en Oldambt voor activiteiten
die verband houden met het uitvoeren van de versterking, of voor activiteiten die
gericht zijn op de verbetering van de sociale cohesie, en aan de provincie Groningen
voor activiteiten die deze activiteiten van deze gemeenten ondersteunen.
3. Bij regeling van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties worden
regels gesteld over de uitkering, bedoeld in het eerste en tweede lid. Deze regels
zien ten minste op de vaststelling van de hoogte van de uitkering, de verdeling, de
voorwaarden waaronder deze verstrekt wordt en de terugvordering van niet of niet rechtmatig
bestede middelen.
TOELICHTING
Met deze nota van wijziging wordt in artikel I, onderdeel H (artikel 15b, derde lid
(nieuw)), een redactionele omissie hersteld, die is veroorzaakt door de eerste nota
van wijziging. Door deze omissie heeft de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
anders dan beoogd, niet de bevoegdheid om nadere regels te stellen over de specifieke
uitkering, bedoeld in het tweede lid. Dit wordt met deze nota van wijziging alsnog
geregeld.
Er is voor gekozen om artikel 15b in zijn geheel opnieuw in te voegen in het wetsvoorstel,
omdat er in de eerste nota van wijziging een fout is gemaakt in de wijzigingsopdracht.
Op deze manier wordt de onduidelijkheid weggenomen.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat, B. van ‘t Wout