De memorie van antwoord geeft de commissie aanleiding tot het maken van de volgende
nadere opmerkingen en het stellen van de volgende nadere vragen.2
1. Inleiding
De leden van de fractie van de VVD hebben met belangstelling kennisgenomen van de memorie van antwoord. Deze leden hebben
nog enkele vragen.
2. Afvalverbrandings- en lachgasinstallaties
Afvalenergiecentrales vallen onder de werking van de voorgestelde CO2-heffing industrie met als doel het terugdringen van de CO2-uitstoot door het efficiënter inrichten van het productieproces. In de memorie van
antwoord wordt opgemerkt dat het kabinet ervoor gekozen heeft om afvalverbrandingsinstallaties
op te nemen in de CO2-heffing, omdat de afvalverbrandingsinstallaties een substantiële uitstoot kennen
in de sector industrie én omdat het in lijn ligt met de afspraken uit het Klimaatakkoord.3 De sector stelt dat er onvoldoende handelingsperspectief is om tot reductie van CO2 over te gaan. Scheiding en recycling, zo stellen zij, vallen niet onder het handelingsperspectief
van afvalenergiecentrales. Kan de regering schetsen welk handelingsperspectief zij
ziet voor deze toekomstige belastingplichtigen?
«In lijn liggen met het Klimaatakkoord» is iets anders dan «voortvloeien uit de afspraken
die met de industrie zijn gemaakt in het Klimaatakkoord». Zijn de afvalverbrandingsinstallaties
betrokken geweest bij het opstellen van het Klimaatakkoord?
In hoeverre leidt de inwerkingtreding van de Wet CO2-heffing industrie tot een ongelijk speelveld voor afvalenergiecentrales in Europees
perspectief op de korte- en de middellange termijn? En welke effecten in dit kader
verwacht de regering ten aanzien van de verwerking van restafval?
De leden van de commissie zien de beantwoording van voorgaande vragen met belangstelling
tegemoet. Zij verzoeken de regering de nota naar aanleiding van het verslag uiterlijk
vrijdag 4 december 2020 aan de Eerste Kamer toe te zenden. Onder voorbehoud van tijdige
beantwoording achten zij het wetsvoorstel gereed voor plenaire behandeling op 7 en
8 december 2020.
De voorzitter van de vaste commissie voor Financiën, Frentrop
De griffier van de vaste commissie voor Financiën, Van Dooren