35 574 Wijziging van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen en enkele andere wetten met het oog op verbetering van de uitvoerbaarheid van toeslagen (Wet verbetering uitvoerbaarheid toeslagen)

C MEMORIE VAN ANTWOORD

Ontvangen 27 november 2020

Het kabinet heeft met interesse kennisgenomen van de vragen van de leden van de fractie van de VVD.

Deze leden vragen aandacht voor de mogelijk onvoldoende capaciteit en beschikbare mogelijkheden bij de Belastingdienst/Toeslagen in relatie tot de risico’s bij de uitvoering van de voorgestelde maatregelen. Zij constateren dat het kabinet de maatregelen temporiseert door latere inwerkingtreding van enkele maatregelen. Zij vragen het kabinet hoe de Belastingdienst/Toeslagen gaat voorzien in effectieve externe communicatie.

De Belastingdienst/Toeslagen heeft alle maatregelen uit het wetsvoorstel verbetering uitvoerbaarheid toeslagen aan een uitvoeringstoets onderworpen. Met deze toetsen beoordeelt de Belastingdienst/Toeslagen onder meer welke aanpassingen in de uitvoering noodzakelijk zijn en per wanneer deze wijzigingen kunnen worden doorgevoerd. Met de inwerkingtredingsdatum van de verschillende maatregelen heeft de regering rekening gehouden met deze beoordeling. In zijn uitvoeringstoetsen beoordeelt de Belastingdienst ook welke communicatieaanpassingen noodzakelijk zijn bij de verschillende maatregelen. Het doel daarbij is burgers en bedrijven zo goed mogelijk te informeren over (nieuwe) wet- en regelgeving. De Belastingdienst/Toeslagen doet dit in ieder geval door zijn website voortdurend bij te werken, zodat actuele en juiste informatie beschikbaar is. Daarnaast kunnen communicatieaanpassingen per maatregel verschillen. Zo zal de Belastingdienst/Toeslagen toeslaggerechtigden die niet (tijdig) op een informatieverzoek reageren, benaderen per telefoon of brief. Ook zal hij waar nodig toeslaggerechtigden aanschrijven om hen de gelegenheid te geven tot het indienen van een zienswijze. Daarnaast zal de Belastingdienst/Toeslagen, waar nodig in samenwerking met de beleidsverantwoordelijke ministeries, zorgdragen voor informatievoorziening aan relevante derden zoals gemeenten en sociaal raadslieden. Zij worden op die manier in staat gesteld toeslaggerechtigden zo optimaal mogelijk van dienst te kunnen zijn. Dit is bijvoorbeeld van belang voor toeslaggerechtigden van wie de partner gedetineerd is of toeslaggerechtigden van wie de partner in een verpleeghuis verblijft.

Verder vragen deze leden waarom het kabinet ervoor heeft gekozen om het toeslagpartnerbegrip en het partnerbegrip voor de inkomstenbelasting uiteen te laten lopen en hoe deze keuze zich verhoudt tot de wens om te de-escaleren. De keuze is gemaakt om tegemoet te komen aan bepaalde schrijnende situaties die zich specifiek in het toeslagendomein voordoen. Het kabinet is van mening dat deze tegemoetkoming zwaarder weegt dan een volledige uniformiteit tussen beide partnerbegrippen.1 Deze keuze staat niet op gespannen voet met de wens om te de-escaleren omdat de beoogde de-escalatie vooral ziet op maatregelen die verbetering van de dienstverlening tot doel hebben (bijvoorbeeld de mogelijkheid voor de burger om een zienswijze in te dienen) en niet zozeer het oplossen van schrijnende situaties die het gevolg zijn van toeslagpartnerschap.2 In zekere zin kan het oplossen van schrijnende situaties bijdragen aan het de-escaleren, omdat bijvoorbeeld het afschaffen van de terugwerkende kracht in het toeslagpartnerbegrip ertoe leidt dat er geen sprake meer zal zijn van terugvordering die het gevolg is van ontstaan van het toeslagpartnerschap.

De Staatssecretaris van Financiën – Toeslagen en Douane, A.C. van Huffelen


X Noot
1

Kamerstukken II 2020/21, 35 574, nr. 3, p. 11.

X Noot
2

Kamerstukken II 2020/21, 35 574, nr. 3, p. 13.

Naar boven