35 570 XIX Vaststelling van de begrotingsstaat van het Nationaal Groeifonds (XIX) voor het jaar 2021

Nr. 26 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 januari 2021

Uw Kamer heeft op 14 oktober 2020 een brief ontvangen van O-PAC Ontwikkelingsmij te Maastricht met betrekking tot het Nationaal Groeifonds. U heeft verzocht om een reactie op deze brief aan uw Kamer.

O-PAC Ontwikkelingsmij vraagt aan uw Kamer om steun voor hun voorstel met betrekking tot de opslag van duurzame energie. Ik moedig O-PAC Ontwikkelingsmij graag aan om hun voorstel verder te ontwikkelen voor de volgende ronde van het Nationaal Groeifonds.

De investeringen vinden in verschillende rondes plaats. Het proces van de eerste ronde is iets anders dan in de structurele situatie en heeft een pilot-karakter. Bij deze ronde zijn er drie coördinerende bewindspersonen, één voor ieder terrein, die via de fondsbeheerders elk een beperkt aantal voorstellen bij de beoordelingscommissie indienen. Dit is gedaan om het beoordelingsproces behapbaar te houden en zo snel mogelijk te kunnen investeren.

In het voorjaar van 2021 zal een volgende ronde starten. O-PAC Ontwikkelingsmij kan bij deze ronde van investeringen een voorstel aanleveren. De precieze vormgeving van dit proces zal zo spoedig mogelijk bekend worden gemaakt. De pagina www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/nationaal-groeifonds kan in de gaten worden gehouden voor informatie hierover. Wij zullen uw Kamer hier ook te zijner tijd nog nader over informeren.

Om het voorstel alvast voor te bereiden kan er meer informatie over de voorwaarden waar het voorstel aan moet voldoen, gevonden worden in de brief aan uw Kamer over het Nationaal Groeifonds van 7 september 2020 (zie met name bijlagen A t/m C).1

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, a.i. C. van Nieuwenhuizen Wijbenga


X Noot
1

Kamerstuk 35 300, nr. 83

Naar boven