Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal4
Den Haag, 25 februari 2021
Op basis van de uitkomsten van de Enquêtecommissie Regeringsbeleid 1940–1945 en het
dreigingsbeeld dat na de Tweede Wereldoorlog een nieuwe oorlog niet ondenkbeeldig
was, heeft in de jaren 1946 tot 1992 in Nederland een «Stay Behind»-organisatie bestaan.
Deze organisatie had tot doel tijdens een vijandelijke invasie en bezetting van Nederland
verzetsactiviteiten uit te voeren in opdracht van de regering. Hiermee zou de weerbaarheid
van de samenleving worden vergroot, mocht de afschrikking falen. Over deze organisatie,
die O&I (Operaties en Inlichtingen) werd genoemd, hebben de voormalig Minister-President
Kok en voormalige Minister van Defensie Voorhoeve institutioneel onderzoek laten uitvoeren
door de historicus Dr. D. Engelen. Dit onderzoek is vervolgens in 2005 ook openbaar
gemaakt. Nadien is deze «Stay Behind»-organisatie d.m.v. publicaties en andere nieuwsuitingen
uitgebreid in de publiciteit geweest.
In 2020 heeft het Werkverband «Stay Behind», bestaande uit (klein)kinderen van ex-leden
van de O&I organisatie, de vaste commissie voor Defensie verzocht om hen meer informatie
te verschaffen over de feitelijke rol, verantwoordelijkheid en activiteiten van hun
(groot)vaders op basis van aanvullend archiefonderzoek. Meerdere Wob-verzoeken zijn
daar in de afgelopen jaren aan voorafgegaan. Tevens verzoekt het Werkverband om de
ex-leden van de voormalige «Stay Behind»-organisatie alsnog een openbaar eerbetoon
te geven voor hun inzet en plichtsbetrachting.
Op 10 december 2020 heeft de Minister van Defensie in samenwerking met het Ministerie
van Algemene Zaken een vertegenwoordiging van het Werkverband ontvangen en zich nader
laten informeren over de achtergronden.
Hoewel onze ambtsvoorgangers hun erkentelijkheid al hadden betuigd aan de ex-leden
van de «Stay Behind»-organisatie in persoon en hen hadden bedankt voor de opofferingen
die zij zich hebben getroost, is een publieke erkenning en een erkenning aan de nabestaanden
tot op heden achterwege gebleven. Door middel van deze brief willen wij, namens het
gehele kabinet, publiekelijk alsnog onze erkentelijkheid en grote waardering uitspreken
in de richting van de ex-leden van de voormalige Nederlandse «Stay Behind»-organisatie
en hun nabestaanden. Gedurende de vele jaren dat zij deel uitmaakten van de «Stay
Behind»-organisatie hebben de leden zich, vanuit een hoge mate van vaderlandsliefde,
voor een deel belangeloos en uiterst consciëntieus en professioneel op hun verantwoordelijke
en moeilijke taak voorbereid in het belang van ons Koninkrijk. Dit heeft in meerdere
gezinnen aanzienlijke spanningen teweeg gebracht en beperkingen opgelegd in de persoonlijke
levens- en familiesfeer. De inzet verdient de allerhoogste waardering.
Met de vertegenwoordiging van het Werkverband «Stay Behind» is afgesproken dat nader
archiefonderzoek naar de aanwezigheid van nog niet bekende gegevens zal worden gestart
en dat op grond van de uitkomsten van het onderzoek vervolgens zal worden beoordeeld
of en in hoeverre er, binnen de grenzen van de wet- en regelgeving, verdere informatie
kan worden verschaft aan de ex-leden van de O&I-organisatie en hun nabestaanden. Wij
zullen u daarover te zijner tijd nader informeren.
De Minister-President, Minister van Algemene Zaken, M. Rutte
De Minister van Defensie,
A.Th.B. Bijleveld-Schouten