Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 juni 2021
Op 23 februari jl. stuurde de Augeo Foundation een brief aan de vaste commissie voor
Volksgezondheid, Welzijn en Sport. De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
heeft deze brief over kwetsbare leerlingen en de gevolgen van coronacrisis eveneens
ontvangen. In de procedurevergadering van 15 april 2021 heeft de commissie voor Onderwijs,
Cultuur en Wetenschap aangegeven graag een reactie van de Minister voor Basis- en
Voortgezet onderwijs en Media op deze brief te ontvangen. Hierbij stuur ik u de reactie
op het verzoek van de commissie.
Ten eerste ben ik de Augeo Foundation dankbaar voor het schrijven van deze brief en
het onder de aandacht brengen van leerlingen in een kwetsbare positie.
In de brief stipt de Augeo Foundation aan dat het Nationaal Programma Onderwijs (hierna:
NP Onderwijs) om een aanvulling vraagt van het Deltaplan Jeugd dat nu nog geschreven
wordt. Hierop kan ik aangeven dat het kabinet nauw samenwerkt om de gevolgen van de
corona-maatregelen voor de jeugd te beperken. Het NP Onderwijs is expliciet onderdeel
van dit integrale plan. De input uit de bijgevoegde brief van de Augeo Foundation
wordt betrokken bij de plannen om perspectief voor jongeren te bieden voor de korte
en middel(lange) termijn. Hierover wordt voor de zomer gecommuniceerd.
De Augeo Foundation benadrukt tevens het belang van leerlingen in een kwetsbare positie,
waarbij wordt gepleit om de ingrijpende levenservaringen van kinderen (zoals scheiding,
kindermishandeling, partnergeweld, en emotionele verwaarlozing) centraal te laten
staan en nu te investeren in lessen/lesprogramma’s die levensvaardigheden aanleren
in het omgaan met angst, onzekerheid, stress en moeilijke levensomstandigheden. Zo
heeft de Augeo Foundation al mogelijk gemaakt dat het komende half jaar 13.000 leerlingen
lessen in «Levenskunde» volgen, waarbij gebruik moet worden gemaakt van een preventieprogramma
dat effectief is in het verminderen van angststoornissen bij kinderen en jongeren,
of programma’s met effectieve elementen, zoals bijvoorbeeld het vergroten van het
zelfvertrouwen.
Ik onderken dit belang. Daarom is er binnen het NP Onderwijs aandacht voor de sociaal-emotionele
ontwikkeling en het welzijn van de leerlingen, zoals recent gecommuniceerd.1 Het NP Onderwijs vraagt hier aandacht voor in het stappenplan dat scholen kunnen
gebruiken voor de uitvoering van de schoolscan en in de menukaart.2 In de menukaart zijn diverse interventies opgenomen die gericht zijn op de sociaal-emotionele
ontwikkeling en het welbevinden van leerlingen. Ik verwacht dan ook dat scholen hun
middelen inzetten op dit terrein als ze vinden dat hun leerlingen dit nodig hebben.
Gemeenten zijn een spil in de lokale samenwerking rondom het onderwijs en hebben een
belangrijke rol in de zorg om het welbevinden van kinderen en jongeren. Zij hebben
een beeld van de sociaal-emotionele ontwikkeling, mentale weerbaarheid en thuissituatie
van de jongeren. Daarom heb ik ook apart aan de gemeenten een brief gestuurd met hun
rol in de uitvoering van het NP Onderwijs, en de schoolbesturen gewezen op de kennis
en expertise van gemeenten.3
4 Gemeenten ontvangen in het kader van het Nationaal Programma Onderwijs voor de periode
2021–2023 ongeveer € 300 miljoen via een specifieke uitkering.
Tot slot is aan scholen gevraagd goed in kaart te brengen wat leerlingen nodig hebben,
en daar mentaal welzijn onderdeel van te laten zijn. Ik heb er dus vertrouwen in dat
scholen, bijgestaan door bestuur, samenwerkingsverband en de zorgstructuren om hen
heen, ook passende interventies zullen inzetten voor de leerlingen die dat nodig hebben.
De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media,
A. Slob