35 570 VII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2021

H MOTIE VAN HET LID KOOLE C.S.

Voorgesteld 11 mei 2021

De Kamer,

Gehoord de beraadslagingen,

Overwegende dat een krachtiger georganiseerd decentraal bestuur wenselijk is;

Overwegend dat gedachtevorming daarover in samenhang met de democratische legitimatie van het decentraal bestuur dient te worden bevorderd;

Overwegende dat de rol van de Minister van BZK als hoeder van de medeoverheden binnen het rijksbestuur meer dan ooit gewenst is;

Overwegende dat met het oog daarop de formele positie van de Minister van BZK moet worden versterkt, onder meer tot uiting komend in het medeondertekenen van wetten die de decentrale overheden rechtstreeks raken;

Overwegende dat deze medeverantwoordelijkheid ook ziet op budgetoverdrachten die met decentralisaties gepaard gaan en de motivering van de wijze waarop de financiële gevolgen van decentralisaties worden gedekt;

Spreekt de wens uit dat de versterking van de aldus omschreven positie van de Minister van BZK als hoeder van democratisch gelegitimeerde medeoverheden binnen het rijksbestuur tijdens de lopende kabinetsformatie aan de orde wordt gesteld;

Verzoekt de Voorzitter deze wens over te brengen aan de informateur,

en gaat over tot de orde van de dag.

Koole

Van Gurp

Nicolaï

Naar boven