Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 november 2020
Hierbij informeer ik u over de uitvoering van de moties Kamerstuk 35 570 V, nr. 30; Kamerstuk 35 570 V, nr. 47; en Kamerstuk 35 570 V, nr. 48 zoals aangenomen bij de vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van
Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2021 d.d. 12 november 2020.
Ter uitvoering van de motie (Kamerstuk 35 570 V, nr. 30) van het lid Van Helvert c.s. over het intensiveren van de strijd tegen straffeloosheid
op het gebied van versterking van VN-onderzoek en bewijsgaringsmechanismen in onder
andere Syrië, Jemen, Libië en Myanmar, is het kabinet voornemens EUR 2 miljoen beschikbaar
te stellen aan het VN-kantoor van de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten, OHCHR.
Verdere capaciteitsversterking op het terrein van accountability stelt OHCHR in staat als centrale actor sneller te reageren bij nieuwe situaties
en de bestaande mechanismen effectiever te ondersteunen. Met de Nederlandse steun
kan OHCHR inzetten op meer consistentie en kwaliteitscontrole van de verschillende
door de Mensenrechtenraad gemandateerde onderzoeksmandaten, zoals de fact-finding missions in Libië en Venezuela en de Group of Eminent Experts in Jemen, bijvoorbeeld op het gebied van de implementatie van een slachtoffergerichte
benadering, getuigenbescherming en beter informatiemanagement. De bijdrage biedt tevens
ruimte aan OHCHR voor betere samenwerking met de VN-onderzoek mandaten en de bewijsgaringsmechanismen
voor Syrië (IIIM) en Myanmar (IIMM).
Ter uitvoering van motie (Kamerstuk 35 570 V, nr. 47) van het lid Voordewind c.s. over het vergroten van de capaciteit voor opvang van
(potentiele) slachtoffers van mensenhandel in de Koerdische Regio in Irak, is het
kabinet voornemens om EUR 340.000 beschikbaar te stellen aan SEED, een lokale organisatie
met een opvang voor slachtoffers van mensenhandel. Deze bijdrage stelt SEED in staat
om 12 personen per keer extra op te vangen en deze personen te voorzien van case management,
geestelijke gezondheidszorg, juridische bijstand en psychosociale steun. De opvang
zal beschikbaar zijn voor kwetsbare groepen, waaronder arbeidsmigranten, slachtoffers
van ISIS, jezidi-vrouwen en kinderen die niet terug kunnen naar hun gemeenschap en
leden van de LHBTI-gemeenschap.
Om uitvoering te geven aan de motie (Kamerstuk 35 570 V, nr. 48) van het lid Voordewind c.s. waarin het kabinet wordt verzocht extra middelen vrij
te maken voor OHCHR ter ondersteuning van activiteiten op het gebied van vrijheid
van religie en levensovertuiging, waarvan een substantieel deel voor de uitvoering
van het mandaat en de opvolging van aanbevelingen van de VN Speciaal Rapporteur voor
vrijheid van religie en levensovertuiging, is het kabinet voornemens EUR 2 miljoen
beschikbaar te stellen aan OHCHR en het mandaat van de VN-Speciaal Rapporteur voor
vrijheid van religie en levensovertuiging. Deze extra middelen stellen OHCHR -aanwezig
in 81 landen – en de Speciaal Rapporteur in staat om het recht op vrijheid van religie
en levensovertuiging (FoRB) wereldwijd te bevorderen en om opvolging te geven aan
rapporten en aanbevelingen van o.a. Verdragscomités en de Universal Periodic Review. Met de Nederlandse steun kan OHCHR bijvoorbeeld meer data verzamelen over achterstelling
en discriminatie van (niet-)religieuze minderheden t.b.v. de ontwikkeling van beleid
en wetgeving, zoals recent aanbevolen door de Speciaal Rapporteur, de heer Shaheed.
Ook kunnen OHCHR en de Speciaal Rapporteur de financiële middelen inzetten om opvolging
te geven aan de aanbevelingen van de heer Shaheed op het gebied van FoRB en de duurzame
ontwikkelingsdoelen, en FoRB en gendergelijkheid.
Over de bereikte resultaten zal in de mensenrechtenrapportage worden gerapporteerd.
Om de bijdragen mogelijk te maken worden de budgetten voor mensenrechtenactiviteiten
en het Shiraka-programma verhoogd. Dit zal worden verwerkt in de Tweede Suppletoire
Begroting 2020.
De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A. Blok