35 543 Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2020 (Vijfde incidentele suppletoire begroting inzake financiering meerkosten programmering landelijke publieke omroep en begeleidingsgesprekken jeugdwerkloosheid in verband met COVID-19)

Nr. 2 WIJZIGING VAN DE BEGROTINGSSTAAT VAN HET MINISTERIE VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP (VIII) VOOR HET JAAR 2020 (VIJFDE INCIDENTELE SUPPLETOIRE BEGROTING INZAKE FINANCIERING MEERKOSTEN PROGRAMMERING LANDELIJKE PUBLIEKE OMROEP EN BEGELEIDINGSGESPREKKEN JEUGDWERKLOOSHEID IN VERBAND MET COVID-19)

A. Artikelsgewijze Toelichting bij het wetsvoorstel

Wetsartikelen 1 tot en met 3

Wetsartikel 1

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2020 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

Normaliter wordt nieuw beleid in uitvoering genomen nadat de Staten-Generaal de begrotingswet heeft geautoriseerd. Aangezien uitvoering van de spoedeisende maatregelen die in deze vierde incidentele suppletoire begroting zijn opgenomen in het belang van het Rijk zijn, niet kan wachten tot formele autorisatie van beide Kamers der Staten-Generaal, zal het kabinet de uitvoering van de maatregelen starten. Hiermee wordt gehandeld conform lid 2 van artikel 2.27 van de Comptabiliteitswet 2016. Voor de indiening van deze vijfde incidentele suppletoire begroting is uw Kamer vooraf geïnformeerd via de brief van 28 augustus 2020 (Kamerstukken II 2019/20,...., nr.).

De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht.

Wetsartikel 2

De vaststelling van de begrotingsstaat geschiedt in duizenden euro's.

Wetsartikel 3

Dit artikel regelt de inwerkingtreding van deze wet.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. Engelshoven

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob

B. Begrotingstoelichting

1. Inhoudelijke toelichting

Dit onderdeel van de memorie van toelichting bestaat uit een inhoudelijk deel en een artikelsgewijs deel. Vervolgens wordt per beleidsartikel een overzicht van de wijzigingen gegeven, inclusief toelichting. Daarbij worden mutaties groter of gelijk aan onderstaande staffel toegelicht:

Omvang begrotingsartikel

Beleidsmatige mutaties

Technische mutaties

(stand ontwerpbegroting in € miljoen)

(ondergrens in € miljoen)

(ondergrens in € miljoen)

< 50

1

2

=> 50 en < 200

2

4

=> 200 < 1.000

5

10

=> 1.000

10

20

Deze Incidentele Suppletoire Begroting heeft betrekking op de uitbraak van het Coronavirus/COVID-19 en de daarmee gepaard gaande gevolgen voor de landelijke publieke omroep. In deze coronatijd is onafhankelijke, betrouwbare en toegankelijke informatie cruciaal. De landelijke publieke omroep speelt hierin een essentiële rol. Tegelijkertijd hebben de maatregelen ter bestrijding van de crisis voor de publieke omroep veel impact gehad en dit heeft tot extra kosten geleid. Om die reden heeft het kabinet besloten in 2020 eenmalig € 19 miljoen extra ter beschikking te stellen aan de NPO voor de uitvoering van zijn publieke taak en ten behoeve van goede en corona-proof programmering in het najaar. Hierover is de Tweede Kamer geïnformeerd per brief van 28 augustus 2020 (Kamerstukken II 2019/20,...., nr....). Daarnaast heeft het Kabinet besloten om als aanvullend beleid gericht op aanpassing te investeren in loopbaangesprekken met kwetsbare jongeren. De laatste tijd is de jeugdwerkloosheid snel opgelopen. Voortijdig schoolverlaters hebben een bovengemiddelde kans om de komende tijd werkloos te worden. Ook jongeren die al eerder voortijdig schoolverlater zijn geworden, maar wel werken, lopen een bovengemiddelde kans om werkloos te worden. Scholen en RMC's zullen hiertoe met laatstejaars studenten/uitstromers het gesprek aangaan over vervolgonderwijs als dat mogelijk is, of hen doorgeleiden naar het «werkdomein». Hiervoor wordt in 2020 € 4,5 gereserveerd voor de RMC's. Ook hierover is de Tweede Kamer geïnformeerd in de hierboven genoemde brief.

2. Budgettaire consequenties beleidsartikelen

Beleidsartikel 4. Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie

Tabel 1 Budgettaire gevolgen van beleid art. 4 (bedragen x € 1.000)
 

Stand ontwerpbegroting 2020 incl. NvW en amendementen

Stand na suppletoire begroting 2020 (inclusief ISB's)1

Mutaties 5e ISB 2020

Stand 5e ISB 2020

Mutatie 2021

Mutatie 2022

Mutatie 2023

Mutatie 2024

Verplichtingen

4.412.944

4.648.145

9.000

4.657.145

0

0

0

0

waarvan garantieverplichtingen

0

0

 

0

       

waarvan overig

4.412.944

4.648.145

9.000

4.657.145

       

Totale uitgaven

4.679.783

4.814.606

4.500

4.819.106

4.500

0

0

0

waarvan juridisch verplicht (%)

99,70%

             
                   

Bekostiging

4.218.548

4.343.072

0

4.343.072

0

0

0

0

Hoofdbekostiging

3.673.007

3.798.077

0

3.798.077

       
 

Bekostiging mbo-instellingen

3.600.387

3.722.559

 

3.722.559

       
 

Bekostiging Caribisch Nederland

7.220

8.153

 

8.153

       
 

Bekostiging vavo

65.400

67.365

 

67.365

       

Kwaliteitsafspraken

440.000

440.000

0

440.000

       
 

Investeringbudget

440.000

440.000

 

440.000

       
 

Resultaatafhankelijk budget

0

0

 

0

       

Aanvullende bekostiging

105.541

104.995

0

104.995

       
 

Regionaal Investeringsfonds

23.075

22.975

 

22.975

       
 

Salarismix Randstadregio's

50.000

51.503

 

51.503

       
 

Regionaal Programma

30.466

30.466

 

30.466

       
 

Gelijke kansen

2.000

51

 

51

       

Subsidies (regelingen)

255.647

266.328

0

266.328

0

0

0

0

Subsidieregeling praktijkleren

212.600

224.100

 

224.100

       

Leven Lang Ontwikkelen

11.750

6.631

 

6.631

       

Actieplan Laaggeletterdheid/Tel mee met Taal

14.500

15.200

 

15.200

       

Loopbaanorientatie

1.275

3.275

 

3.275

       

Vakwedstrijden MBO

3.200

3.200

 

3.200

       

Overige subsidies

12.322

13.922

 

13.922

       

Opdrachten

4.990

6.779

0

6.779

0

0

0

0

In- en uitbesteding

4.990

6.779

 

6.779

       

Bijdrage aan agentschappen

19.334

19.356

0

19.356

0

0

0

0

Dienst Uitvoering Onderwijs

16.334

16.776

 

16.776

       

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

3.000

2.580

 

2.580

       

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

66.399

60.746

0

60.746

0

0

0

0

College voor Toetsen en Examens

6.893

0

 

0

       

Wet SLOA

3.273

220

 

220

       

SBB

56.233

60.526

 

60.526

       

Bijdrage aan medeoverheden

114.865

118.325

4.500

122.825

4.500

0

0

0

RMC's

35.309

36.951

4.500

41.451

4.500

     

Educatie

60.356

62.174

 

62.174

       

Regionaal Programma

19.200

19.200

 

19.200

       

Ontvangsten

4.000

4.000

0

4.000

0

0

0

0

X Noot
1

Kamerstukken II 2019/20, 35441, nr. 1, Kamerstukken II 2019/20, 35464, nr. 1, Kamerstukken II 2019/20, 35481, nr. 1.

Toelichting

Het financieel instrument Bijdrage aan medeoverheden wordt in 2020 verhoogd met € 4,5 miljoen. De laatste tijd is de jeugdwerkloosheid snel opgelopen. Voortijdig schoolverlaters hebben een bovengemiddelde kans om de komende tijd werkloos te worden. Ook jongeren die al eerder voortijdig schoolverlater zijn geworden, maar wel werken, lopen een bovengemiddelde kans om werkloos te worden. Deze middelen zijn grotendeels bedoeld voor de RMC-regio’s om deze groepen jongeren naar school of naar werk te begeleiden.

Beleidsartikel 15. Media

Tabel 2 Budgettaire gevolgen van beleid art. 15 (bedragen x € 1.000)
 

Stand vastgestelde begroting 2020 incl. NvW en amendementen

Stand na suppletoire begroting 2020 (inclusief ISB's)1

Mutaties 5e ISB 2020

Stand 5eISB 2020

Mutatie 2021

Mutatie 2022

Mutatie 2023

Mutatie 2024

Verplichtingen

1.023.125

1.074.483

19.000

1.093.483

0

0

0

0

Totale uitgaven

1.023.125

1.074.483

19.000

1.093.483

0

0

0

0

waarvan juridisch verplicht (%)

98,3%

             
                   

Bekostiging

1.009.493

1.022.636

19.000

1.041.636

0

0

0

0

Publieke Omroep (omroepinstellingen)

893.658

935.775

19.000

954.775

0

0

0

0

 

Landelijke publieke omroep

736.205

785.708

19.000

804.708

       
 

Regionale omroep

157.453

150.067

 

150.067

       

Beheertaken landelijke publieke omroep

39.880

40.423

 

40.423

0

0

0

0

 

Stichting Omroep Muziek

16.484

16.708

 

16.708

       
 

Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid (NIBG)

23.396

23.715

 

23.715

       

Dotaties, bijdragen publieke omroep

18.894

14.029

 

14.029

0

0

0

0

 

Stimuleringsfonds voor de Journalistiek

2.190

2.220

 

2.220

       
 

Onderzoeksjournalistiek (RA-middelen)

5.138

0

 

0

       
 

Filmfonds van de omroep en Telefilm (CoBO)

8.399

8.596

 

8.596

       
 

Mediawijsheid Expertisecentrum (Bewust mediagebruik)

1.558

1.581

 

1.581

       
 

Stichting Nederlandse Lokale Publieke Omroepen (NLPO)

1.609

1.632

 

1.632

       
 

Dotatie/onttrekking Algemene Mediareserve

56.281

31.618

 

31.618

       
 

Overige bekostiging media

780

791

 

791

       

Subsidies (regelingen)

8.411

46.562

0

46.562

0

0

0

0

Subsidies

8.411

11.562

 

11.562

       

Steunfonds Lokale Informatievoorziening

0

35.000

 

35.000

       

Opdrachten

442

442

0

442

0

0

0

0

Opdrachten

442

442

 

442

       

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

4.718

4.782

0

4.782

0

0

0

0

Commissariaat voor de Media

4.718

4.782

 

4.782

       

Bijdragen aan (inter-)nationale organisaties

61

61

0

61

0

0

0

0

European Audiovisual Observatory

61

61

 

61

       

Ontvangsten

147.854

160.200

0

160.200

0

0

0

0

X Noot
1

Kamerstukken II 2019/20, 35441, nr. 1, Kamerstukken II 2019/20, 35464, nr. 1, Kamerstukken II 2019/20, 35481, nr. 1, Kamerstukken II 2019/20, 35499, nr. 1.

Toelichting

Het financieel instrument Bekostiging wordt in 2020 éénmalig verhoogd met € 19,0 miljoen. Dit betreft de dekking van onvermijdelijk gestegen kosten van de programmering van de landelijke publieke omroep door de effecten van de coronacrisis en van de maatregelen ter bestrijding van de crisis.

Naar boven