Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 december 2020
Op 14 december jl. zijn tijdens het wetgevingsoverleg over de oprichting van Invest
International twee amendementen besproken (Kamerstuk 35 529, nrs. 11 en 12). Ten behoeve van de stemmingen over het wetsvoorstel reageer ik hierbij mede namens de Minister van Financiën op de gewijzigde
amendementen die zijn ingediend.
Het gewijzigde amendement van het lid Van den Nieuwenhuijzen c.s. onder Kamerstuk
35 529, nr. 17 (t.v.v. nr. 11), beoogt expliciet in artikel 5 op te nemen dat Invest International voldoet aan
de eisen van Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen bij de uitvoering
van de investeringstaak. Deze IMVO-eisen worden opgenomen in de aanvullende overeenkomst
tussen de Staat, de Nederlandse Financierings-Maatschappij voor Ontwikkelingslanden N.V. en Invest International.
Zoals bekend heeft het kabinet op basis van de resultaten van de evaluatie van de
convenanten, consultatie en onderzoek geconcludeerd dat het huidige IMVO-beleid onvoldoende
effectief is en dat vernieuwing nodig is. Een doordachte mix van verplichtende en
vrijwillige maatregelen wordt nu uitgewerkt. Afstemming van de uitvoeringstaak van
Invest International met dit proces, middels de aanvullende overeenkomst, is wenselijk.
Het kabinet laat daarom het oordeel van het gewijzigde amendement aan uw Kamer.
Het gewijzigde amendement van het lid Van den Nieuwenhuijzen c.s. onder Kamerstuk
35 529, nr. 18 (t.v.v. nr. 12), beoogt de doelstelling van Invest International beter in overeenstemming te brengen
met de memorie van toelichting, waardoor wordt voorkomen dat ondernemingen het oplossen
van wereldwijde vraagstukken tegenwerken. Voorkomen moet worden dat activiteiten van
ondernemingen de SDG’s ondermijnen. Ook dit gewijzigde amendement wordt aan het oordeel
van uw Kamer gelaten.
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking,
S.A.M. Kaag