35 526 Tijdelijke bepalingen in verband met maatregelen ter bestrijding van de epidemie van covid-19 voor de langere termijn (Tijdelijke wet maatregelen covid-19)

25 295 Infectieziektenbestrijding

DU¹ VERSLAG VAN EEN NADER SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 10 maart 2022

De leden van de vaste commissies J&V², VWS³ en BiZa/AZ⁴ hebben kennisgenomen van de brief van 20 januari 2022 in reactie op de vragen van 24 december 2021.⁵ De leden van de fracties van GroenLinks, ChristenUnie en PvdD hebben naar aanleiding hiervan gezamenlijk nog enkele aanvullende vragen. De leden van de fracties van CDA en SP sluiten zich bij deze vragen aan.

Naar aanleiding hiervan is op 9 februari 2022 een brief gestuurd aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

De Minister heeft op 8 maart 2022 gereageerd.

De commissies brengen bijgaand verslag uit van het gevoerde nader schriftelijk overleg.

De griffier voor dit verslag, Van Dooren

BRIEF VAN DE VOORZITTERS VAN DE VASTE COMMISSIES VOOR JUSTITIE EN VEILIGHEID, VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT EN BINNENLANDSE ZAKEN EN DE HOGE COLLEGES VAN STAAT/ALGEMENE ZAKEN EN HUIS VAN DE KONING

Aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Den Haag, 9 februari 2022

De leden van de vaste commissies voor Justitie en Veiligheid (J&V), Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning (BiZa/AZ) hebben met belangstelling kennisgenomen van de brief van 20 januari 2022 in reactie op de vragen van 24 december 2021.⁶ De leden van de fracties van GroenLinks, ChristenUnie en PvdD hebben naar aanleiding hiervan gezamenlijk nog enkele aanvullende vragen. De leden van de fracties van CDA en SP sluiten zich bij deze vragen aan.

In 2021 gold voor de eerste en de tweede vaccinatie het motto «Get one – Give one». De leden van de fracties van GroenLinks, ChristenUnie en PvdD zijn van mening dat dit motto op mooie wijze de morele verantwoordelijkheid van Nederland verwoordt met betrekking tot landen waar vanwege het ontbreken van financiële middelen de vaccinatiegraad laag is.

Op de vraag van de PvdD-fractieleden of dit motto ook geldt voor de booster wordt in de brief van 20 januari 2022 het volgende antwoord gegeven: «Ook in 2022 en 2023 krijgt Nederland vaccins geleverd. Deze zijn in eerste instantie bedoeld voor eventuele extra boostercampagnes. Mogelijk is daartoe ook de aankoop van extra vaccins noodzakelijk. Afhankelijk van de besluitvorming over de nationale vaccinatiestrategie, zal blijken hoe groot het surplus zal zijn dat kan worden gedoneerd».

Over dit antwoord hebben de leden van voornoemde fracties nog enkele vragen.

Ten eerste, geldt voor alle vaccinaties (eerste, tweede en booster) in 2021 het motto «Get one – Give one»? Zo ja, zijn alle doses in 2021 geleverd? Als dat niet het geval is, wanneer wordt het restant dan geleverd? Zo nee, bent u bereid om alsnog het genoemde motto voor alle vaccinaties uit 2021 te laten gelden? En wanneer kan het restant dan geleverd worden?

Ten tweede, de zinssnede «zal blijken hoe groot het surplus zal zijn dat kan worden gedoneerd» is niet erg specifiek. Dat surplus kan veel groter zijn dan uitgedrukt in het genoemde motto, maar ook veel kleiner. Kunt u garanderen dat het genoemde surplus minimaal die grootte heeft dat recht wordt gedaan aan het genoemde motto? Kunt u ook garanderen dat het genoemde surplus bij voorkeur in het eerste halfjaar van 2022 gedoneerd zal worden? Als op een van de vragen of op beide vragen ontkennend moeten worden geantwoord, welke activiteiten onderneemt u dan om tot een positieve beantwoording van de genoemde vragen te komen?

De leden van de vaste commissies voor Justitie en Veiligheid (J&V), Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning (BiZa/AZ) zien uw reactie met belangstelling tegemoet en ontvangen deze graag bij voorkeur voor 4 maart 2022.

Voorzitter van de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid, M.M. de Boer

Voorzitter van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport, T. Klip-Martin

Voorzitter van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat /Algemene Zaken en Huis van de Koning, B.O. Dittrich

BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 maart 2022

Verschillende fracties van uw Kamer hebben vervolgvragen gesteld n.a.v. de antwoorden die ik gaf op de eerdere vragen van de fractieleden van de PvdD (24 december 2021) over vaccindonatie. Graag reageer ik daarop middels deze brief.

In 2021 was de doelstelling om minstens zoveel vaccins te doneren, als dat er in Nederland zelf zijn gezet volgens het «Get one – Give one» principe. Aan deze ambitie werd in de zomer van 2021 het concrete aantal van 27 miljoen vaccins gekoppeld en met een donatie van 22,5 miljoen vaccins aan COVAX en 4,2 miljoen vaccins die bilateraal zijn gedoneerd, is dat aantal behaald.

Door de versnelling van de boostercampagne, eind 2021, kwam het nationale gebruik uiteindelijk iets hoger uit (28 miljoen vaccins). Van de 22,5 miljoen vaccins die aan COVAX werden gecommitteerd, zijn inmiddels 17,8 miljoen vaccins naar COVAX gegaan. De rest wordt, conform het contractuele leverschema, uiterlijk in maart 2022 aangeboden door de betreffende faciliterende lidstaten. 14,2 miljoen «Nederlandse» vaccins hebben inmiddels, via COVAX, een goede bestemming gekregen.

Op dit moment is de beschikbaarheid van vaccins niet meer het grootste probleem. We zien zelfs situaties ontstaan dat het COVAX niet lukt om tijdig een goede bestemming voor aangeboden vaccins te vinden. Het is belangrijk rekening te houden met de mogelijkheid dat dat ook zal gelden voor een deel van de Nederlandse donaties. Het hanteren van een kwantitatieve donatiedoelstelling ligt in deze fase dan ook minder voor de hand. Uiteraard zal Nederland haar vaccinsurplus voor donatie ter beschikking blijven stellen aan landen die daar behoefte aan hebben. Op dit moment is het nog lastig te bepalen hoe groot het surplus in 2022 zal zijn, omdat de nationale vaccinatiecampagne voor 2022 nog niet is vastgesteld. Nederland zal geen extra vaccins aanschaffen met als doel deze te doneren. Dat kan COVAX goedkoper.

Tegelijkertijd is de vaccinatiegraad in veel landen nog laag. De absorptiecapaciteit van ontwikkelingslanden om vaccins effectief te kunnen zetten is nu het grootste knelpunt voor een effectieve vaccinatiecampagne. Nederland investeert daarom niet alleen in vaccins, maar vooral ook in country readiness, het gereed maken van landen om vaccins na ontvangst effectief te kunnen zetten. Country readiness bestaat uit verschillende componenten zoals de beschikking over voldoende gekoelde opslag, waarvoor stabiele elektriciteitsvoorzieningen nodig zijn, transport naar verafgelegen gebieden, training van medisch personeel, beschikbaarheid van persoonlijke beschermingsmaterialen, bereikbaarheid en betaalbaarheid van medische voorzieningen en vaccinatiebereidheid. De Nederlandse prioriteit is daarom het verbeteren van country readiness en versterken van gezondheidssystemen. Nederland draagt in 2.022 EUR 70 miljoen bij aan de Access to COVID-19 Tools Accelerator (ACT-A), waarvan EUR 20 miljoen aan COVAX en EUR 50 miljoen aan country readiness en de versterking van gezondheidssystemen. Daarmee komt de totale Nederlandse bijdrage aan ACT-A uit op EUR 245 miljoen.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers

---

1 De lettters DU hebben alleen betrekking op 35 526.

2 Samenstelling:

Backer (D66), De Boer (GL) (voorzitter), Van Dijk (SGP), Van Hattem (PVV), Rombouts (CDA), Baay-Timmerman (50PLUS), Van den Berg (VVD), arbouw (VVD), Bezaan (PVV), De Blécourt-Wouterse (VVD), Dittrich (D66), Doornhof (CDA), Janssen (SP), Karimi (GL), Meijer (VVD), Nicolaï (PvdD), Otten (Fractie-Otten) (ondervoorzitter), Recourt (PvdA), Rietkerk (CDA), Veldhoen (GL), Van Wely (Fractie-Nanninga), Nanninga (Fractie-Nanninga). Raven (OSF), Karakus (PvdA), Talsma (CU) en Hiddema (FVD).

3 Samenstelling:

Ganzevoort (GL), Gerkens (SP), Van Dijk (SGP), Van Hattem (PVV), Oomen-Ruijten (CDA), Rombouts (CDA), Bredenoord (D66), Koole (PvdA), De Bruijn-Wezeman (VVD), Baay-Timmerman (50PLUS), A.J.M. van Kesteren (PVV), Klip-Martin (VVD) (voorzitter), Vos (VVD), Dessing (FVD), Van Gurp (GL), Prast (PvdD), Van Pareren (Fractie-Nanninga) (ondervoorzitter), Prins (CDA), Vendrik (GL), Verkerk (CU), De Vries (Fractie-Otten), Van der Voort (D66), Keunen (VVD), Hermans (Fractie-Nanninga), Raven (OSF) en Karakus (PvdA).

4 Samenstelling:

Kox (SP), Ganzevoort (GL), De Boer (GL), Van Hattem (PVV), Pijlman (D66), Rombouts (CDA), Schalk (SGP), Koole (PvdA), Klip-Martin (VVD), Baay-Timmerman (50PLUS), Bezaan (VVD), Van den Berg (VVD), Crone (PvdA), Dittrich (D66) (voorzitter), Doornhof (CDA), Frentrop (FVD), Meijer (VVD), Nicolaï (PvdD) (ondervoorzitter), Rietkerk (CDA), Rosenmöller (GL), De Vries (Fractie-Otten), Keunen (VVD), Van der Linden (Fractie-Nanninga), Van Pareren (Fractie-Nanninga), Raven (OSF) en Talsma (CU).

5 Kamerstukken I 2021/22, 35 526/25 295, DH.

6 Kamerstukken I 2021/22, 35 526/25 295, DH.