35 523 Voorstel van wet van het lid Snels tot wijziging van de Wet op de dividendbelasting 1965 en enkele andere belastingwetten in verband met de invoering van een conditionele eindafrekening bij grensoverschrijdende zetelverplaatsing, fusie en splitsing (Spoedwet conditionele eindafrekening dividendbelasting)

Nr. 5 NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 18 september 2020

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel II, onderdeel C, vervalt in het voorgestelde artikel 3c het zesde lid, onder vernummering van het zevende lid tot zesde lid.

B

In artikel V wordt «10 juli 2020, 12.00 uur» vervangen door «18 september 2020, 12.00 uur».

Toelichting

In deze nota van wijziging worden de volgende twee wijzigingen voorgesteld:

  • De reikwijdte van de voorgestelde conditionele eindafrekening in de dividendbelasting wordt uitgebreid tot aandeelhouders in alle (top)vennootschappen die «vertrekken» naar een kwalificerende staat, ongeacht de omvang van het concern waartoe die (top)vennootschap behoort;

  • De terugwerkende kracht van de voorgestelde conditionele eindafrekening in de dividendbelasting en van de overige in het wetsvoorstel opgenomen (aanvullende) maatregelen wordt beperkt tot vrijdag 18 september 2020, 12.00 uur.

In het aanhangige wetsvoorstel is de reikwijdte van de voorgestelde conditionele eindafrekening in de dividendbelasting beperkt tot aandeelhouders in een (top)vennootschap die deel uitmaakt van een «grote» groep. Onder een «grote» groep wordt verstaan een groep als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 BW, of een soortgelijke buitenlandse regeling, met een geconsolideerde netto-omzet van ten minste € 750 miljoen. Mede om een potentieel risico op het verstrekken van staatssteun in de zin van artikel 107, eerste lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie aan een (top)vennootschap die géén deel uitmaakt van een dergelijke groep te vermijden, wenst de initiatiefnemer de voorgestelde conditionele eindafrekening uit te breiden tot aandeelhouders in alle (top)vennootschappen.1 Voorts beoogt de initiatiefnemer met de voorgestelde uitbreiding zeker te stellen dat de conditionele eindafrekening in de dividendbelasting niet in strijd komt met de vrijheid van vestiging en de vrijheid van kapitaalverkeer in de zin van artikel 49, respectievelijk artikel 63, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. Van belang is overigens dat deze nota van wijziging het conditionele karakter van de voorgestelde eindafrekening in de dividendbelasting ongewijzigd laat. Ook ná deze nota van wijziging geldt de voorgestelde eindafrekening in de dividendbelasting alleen als de (top)vennootschap «vertrekt» naar een kwalificerende staat.

Omdat de aandeelhouders van een (top)vennootschap die geen deel uitmaakt van een «grote» groep, niet eerder rekening hebben kunnen houden met de voorgestelde conditionele eindafrekening in de dividendbelasting, wordt voorgesteld om die eindafrekening met terugwerkende kracht tot en met vrijdag 18 september 2020, 12.00 uur in werking te laten treden in plaats van tot en met 10 juli 2020, 12.00 uur. Omwille van gelijke behandeling wordt voorgesteld om de inwerkingtreding van de conditionele eindafrekening voor aandeelhouders van een (top)vennootschap die wél behoort tot een «grote» groep, eveneens terug te laten werken tot en met 18 september 2020, 12.00 uur. Als verzachting wordt ook de terugwerkende kracht van de overige van het wetsvoorstel deel uitmakende maatregelen, zoals de voorgestelde uitbreiding van de vestigingsplaatsfictie in de vennootschaps- en dividendbelasting, beperkt tot en met vrijdag 18 september 2020, 12.00 uur.

Snels


X Noot
1

Het gaat om het risico van indirecte begunstiging van een (top)vennootschap. Aan de portfolio-aandeelhouders kan geen staatssteun worden verleend omdat het houden van aandelen op zichzelf geen economische activiteit is.

Naar boven