35 510 Parlementaire ondervraging kinderopvangtoeslag

Nr. 13 MOTIE VAN HET LID OMTZIGT C.S.

Voorgesteld 19 januari 2021

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de wet rondom de kinderopvangtoeslag te rigide in elkaar zit;

constaterende dat ook de uitvoering te hard heeft uitgepakt;

constaterende dat bovendien niet altijd volgens de wet gehandeld is;

constaterende dat dit te laat en te summier bekend is geworden en er dus te laat is ingegrepen;

overwegende dat vergelijkbare patronen ook binnen andere wetten en uitvoeringsinstanties aan de orde kunnen zijn;

verzoekt de regering, met behulp van een externe partij – bijvoorbeeld de Ombudsman – een onderzoek uit te voeren met als doel een doorlichting van andere wetten en regelingen waar hetzij de wet, hetzij de uitvoering hardvochtige effecten heeft op groepen burgers, en hierbij gebruik te maken van reeds bestaande onderzoeken;

verzoekt de regering, tevens deze partij in ieder geval te laten kijken naar de Participatiewet, het pgb en de wetten die door het UWV worden uitgevoerd;

verzoekt de regering, tot slot een voorstel voor een dergelijk onderzoek binnen drie weken aan de Kamer voor te leggen, burgers de mogelijkheid te geven om voorbeelden aan te leveren, en een eerste rapportage voor 1 juli aan de Kamer te doen toekomen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Omtzigt

Segers

Van der Staaij

Naar boven