35 452 Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) voor het jaar 2020 (Derde incidentele suppletoire begroting inzake noodpakket banen en economie en maatregelen inzake aanpak stikstof)

Nr. 8 GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID OUWEHAND TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 61

Ontvangen 16 juni 2020

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Na artikel 2 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 2a

Aan artikel 2.6 van de Wet dieren wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 4. Onverminderd het eerste lid kunnen bij ministeriële regeling voorts regels gesteld worden over het fokken van en het voor de fok gebruiken van dieren behorende tot bij die regeling aangewezen diersoorten of diercategorieën die betrekking hebben op onder meer een geheel of gedeeltelijk verbod op het fokken of voor de fok gebruiken van dieren, voor zover zonder een dergelijk verbod de gezondheid of het welzijn van het dier door uitzonderlijke omstandigheden ernstig in het geding komt.

Toelichting

Door de uitbraak van het coronavirus en de maatregelen die daarop volgden is blootgelegd hoe snel het wegvallen van één van de schakels in de keten van de Nederlandse veehouderij kan leiden tot de dreiging van ernstige dierenwelzijnsproblemen en overschotten aan dierlijke producten. Eerder zagen we al dat in periodes van hitte het slachtproces voortdurend door moet blijven draaien om te voorkomen dat dieren in overvolle stallen blijven zitten. Dit betekent vervolgens dat ook de diertransporten op hete dagen door moeten blijven gaan. Met alle risico’s voor dierenwelzijn van dien.

In de coronacrisis zijn horecagelegenheden stilgelegd en is de export beperkt. Daardoor ontstonden er al snel «overschotten» aan bepaalde dieren. Een groot deel van het vlees van deze dieren ging regelrecht de vriezers in – een oplossing die niet onbeperkt kan worden ingezet, simpelweg omdat vriezers ook vol raken. Een aantal slachthuizen riep op om minder dieren aan te leveren omdat ze het aanbod niet aankonden of het vlees niet meer kwijt raakten.

Nu slachthuizen daarbij ook nog kampen met uitval van medewerkers en een aantal slachthuizen tijdelijk is gesloten, lopen stallen snel vol met dieren die niet weg kunnen, terwijl de volgende lichting dieren al wordt geboren of uit het ei kruipt.

In dergelijke uitzonderlijke situaties moet de Minister kunnen ingrijpen om ernstige dierenwelzijnsproblemen of zelfs destructie van dieren en dierlijke producten te voorkomen. Op dit moment kan de Minister alleen bij de uitbraak van besmettelijke dierziekten overgaan tot het instellen van productiebeperkende maatregelen.

Dit amendement beoogt de wettelijke basis te creëren om ook op andere gronden dan een besmettelijke dierziekte over te kunnen gaan tot het opleggen van productiebeperkende maatregelen, zoals bij ernstige dierenwelzijnsproblemen of de dreiging hiervan, door uitzonderlijke omstandigheden. Gezien de potentiële spoedeisendheid is hierbij gekozen voor de vorm van een ministeriele regeling, zodat er snel en passend gehandeld kan worden bij plotselinge voorvallen waardoor diergezondheid en -welzijn in het geding komen.

Ouwehand


X Noot
1

Vervanging i.v.m. een wijziging in de toelichting.

Naar boven