35 439 Wijziging van de Wet griffierechten burgerlijke zaken in verband met het introduceren van meerdere griffierechtcategorieën voor lagere geldvorderingen

Nr. 9 AMENDEMENT VAN DE LEDEN VAN NISPEN EN VAN DEN BERGE

Ontvangen 28 oktober 2020

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

De aanhef van artikel I komt te luiden:

De Wet griffierechten burgerlijke zaken wordt als volgt gewijzigd:

II

Voor artikel I, onderdeel A, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

0A

Aan artikel 3 wordt een lid toegevoegd, luidende:

• 6. Onverminderd het vijfde lid wordt in zaken met betrekking tot een vordering tot schadevergoeding wegens dood of letsel, voor zover die vordering een beloop heeft van meer dan € 1.000.000, het griffierecht geheven uit de naastlagere categorie zoals dat volgt uit de tabel die als bijlage bij deze wet is gevoegd.

III

In artikel I, onderdeel A, wordt na «de tabel» ingevoegd «in de bijlage».

IV

Artikel I, onderdeel B, wordt als volgt gewijzigd:

1. In de aanhef wordt na «de tabel» ingevoegd «in de bijlage».

2. Aan de vervangende regel «Zaken met betrekking tot een vordering, dan wel een verzoek met een beloop van meer dan € 100.000» wordt toegevoegd «en niet meer dan € 1.000.000».

3. Na de vervangende regel «Zaken met betrekking tot een vordering, dan wel een verzoek met een beloop van meer dan € 100.000 en niet meer dan € 1.000.000» (nieuw) wordt een regel toegevoegd, luidende:

Zaken met betrekking tot een vordering, dan wel een verzoek met een beloop van meer dan € 1.000.000

€ 15.377

€ 2.208

€ 83.

III

In artikel I worden na onderdeel B twee onderdelen toegevoegd, luidende:

C

In de tabel in de bijlage worden na «Griffierechten bij de gerechtshoven» de volgende wijzigingen aangebracht:

1. Aan de regel «Zaken met betrekking tot een vordering, dan wel een verzoek met een beloop van meer dan € 100.000» wordt toegevoegd «en niet meer dan 1.000.000».

2. Er wordt een regel toegevoegd, luidende:

Zaken met betrekking tot een vordering, dan wel een verzoek met een beloop van meer dan € 1.000.000

€ 20.502

€ 1.727

€ 332.

D

In de tabel in de bijlage worden na «Griffierechten bij de Hoge Raad» de volgende wijzigingen aangebracht:

1. Aan de regel «Zaken met betrekking tot een vordering, dan wel een verzoek met een beloop van meer dan € 100.000» wordt toegevoegd «en niet meer dan 1.000.000».

2. Er wordt een regel toegevoegd, luidende:

Zaken met betrekking tot een vordering, dan wel een verzoek met een beloop van meer dan € 1.000.000

€ 20.502

€ 2.071

€ 344.

Toelichting

Het hoogste tarief aan griffierechten geldt voor vorderingen met een beloop van meer dan € 100.000. Boven die grens zit geen differentiatie. Indieners zijn van mening dat aan zeer grote handelszaken met grote financiële belangen een hoger griffierecht gevraagd mag worden. Zaken die gaan om financiële belangen van soms vele miljoenen kosten de rechtspraak doorgaans heel veel tijd, menskracht en dus geld, terwijl hetzelfde tarief van € 5.564 geldt, of de vordering nou € 100.001 bedraagt of 10 miljoen. Dat maakt voor het griffierecht niets uit, hetzelfde tarief is verschuldigd.

Met dit amendement wordt het griffierecht voor vorderingen met een beloop van meer dan € 1.000.000 een hoger griffierecht, waarbij aangesloten is bij het reeds geldende tarief voor zaken als bedoeld in artikel 30r eerste lid Rv, het NCC («Netherlands Commercial Court»). Letselschadezaken met een beloop van meer dan € 1.000.000 zijn van dit hoogste tarief uitgezonderd.

Van Nispen Van den Berge