Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 21 maart 2023
In mijn brief van 23 februari jl. heb ik uw Kamer toegezegd u – indien daar aanleiding
voor is – te informeren over de voortgang m.b.t. het laatste criterium, criterium c,
van fase 2.2 van de Wet herstel voorzieningen Sint Eustatius.
In het ontwerp-Koninklijk Besluit voor fase 2.2 is opgenomen dat vóór de verkiezingen
van 15 maart jl. het normenkader moet zijn geïnventariseerd en geoperationaliseerd
en dat de werkprocessen voor salarissen en sociale lasten, inkoop en aanbesteding
en betaalverkeer zijn beschreven en geïmplementeerd. Op 14 maart jl. heeft de regeringscommissaris
mij geïnformeerd dat deze verbeterstappen zijn afgerond. Het normenkader en de werkprocessen
zijn door de regeringscommissaris vastgesteld, waarmee de basis is gelegd voor de
organisatie van het openbaar lichaam om te handelen conform de nieuwe werkprocessen.
Hiermee is voldaan aan de eerste voorwaarde opgenomen in het ontwerp-Koninklijk Besluit
voor fase 2.2.
Ik wil de regeringscommissaris en alle betrokkenen bedanken voor hun inzet en de behaalde
resultaten. Hiermee is een belangrijke stap gezet in de verbetering van het financieel
beheer van het openbaar lichaam. De komende maanden zal het openbaar lichaam verder
gaan met de versteviging van het financieel beheer. Deze verbeterstappen zijn opgenomen
in het ontwerp-Koninklijk Besluit.
Zo spoedig mogelijk na de verkiezingen zal ik met de nieuwgekozen gedeputeerden en
eilandsraadleden in gesprek gaan en hen vragen zich te committeren aan het realiseren
van deze verbeterstappen. Voor de overgang naar fase 2.2 is namelijk een breed commitment
van het eilandbestuur noodzakelijk.
Zoals toegezegd in mijn brieven van 23 februari jl. en 8 maart jl. (Kamerstuk 35 422, nrs. 22 en 23) zal ik uw Kamer informeren over de uitkomst van deze gesprekken en uw Kamer twee
weken de tijd te geven om te reageren op het bereikte resultaat voordat het koninklijk
besluit ter ondertekening aan de Koning wordt aangeboden.
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
A.C. van Huffelen