35 422 Herstel van de voorzieningen in het bestuur van het openbaar lichaam Sint Eustatius (Wet herstel voorzieningen Sint Eustatius)

Nr. 18 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 december 2022

In 2018 heeft de bestuurlijke ingreep op Sint Eustatius plaatsgevonden. Eén van de speerpunten in het rapport van de Commissie der Wijzen dat leidde tot deze bestuurlijke ingreep is het financieel beheer. In dit rapport werd bijvoorbeeld geconcludeerd dat de financiële administratie alsmede de financiële besluitvorming niet tot nauwelijks voldeed aan de eisen die daaraan werden gesteld.1 Sinds 2018 werkt het Openbaar Lichaam Sint Eustatius (OLE) hard aan ordentelijk financieel beheer om wel te kunnen voldoen aan de eisen die worden gesteld. Het OLE heeft de afgelopen jaren grote stappen gezet. De grote achterstanden in de jaarrekeningen zijn weggewerkt en het proces om te komen tot de begroting en de tussentijdse rapportages is verder vorm gegeven.

Op 10 oktober jl. heb ik uw Kamer het rapport Mediatie Sint Eustatius aangeboden.2 In het mediation traject was geen overeenstemming bereikt over de streefdatum voor de teruggave van het budgetrecht aan de eilandsraad (ook wel bekend als fase 2.2: de inwerkingtreding van artikel 15 van de Wet herstel voorzieningen Sint Eustatius). De Wet herstel voorzieningen Sint Eustatius (Kamerstuk 35 422) stelt als voorwaarde aan de teruggave van het budgetrecht dat de eilandsraad en het bestuurscollege hun taken en bevoegdheden op grond van de FinBES zelf naar behoren kunnen vervullen. Om te kunnen beoordelen wanneer mag worden verwacht dat aan deze voorwaarde is voldaan, is besloten om Ernst & Young (EY) te vragen een onderzoek uit te laten voeren naar de voortgang van het financieel beheer van het OLE.

Op 15 november jl. heeft EY haar finale rapport opgeleverd. EY onderschrijft dat het OLE in de afgelopen jaren grote stappen heeft gezet. Echter, op het terrein van het financieel beheer – een belangrijke aanleiding voor de bestuurlijke ingreep op Sint Eustatius – moet nog veel gebeuren. De administratieve organisatie en interne beheersing (AO/IB) van het OLE is nog niet toereikend geanalyseerd, uitgewerkt en geïmplementeerd. EY verwacht dat de uitvoering van de benodigde verbeterstappen tot minimaal september 2023 in beslag zal nemen. Dit is een ambitieuze inschatting waarbij voldoende draagvlak vanuit de organisatie en externe inzet noodzakelijk is.

Op 29 november en 8 december heb ik gesproken met de regeringscommissaris, gedeputeerden en eilandsraad over de uitkomsten van het onderzoek van EY. In deze gesprekken hebben zij de resultaten van het onderzoek van EY onderschreven. De verbeterstappen die door EY zijn gesignaleerd zijn noodzakelijk voor het goed functioneren van het OLE ten dienste van het eiland en haar burgers. Het doorvoeren van de verbeterstappen zal veel vragen van het OLE. Ik ben mij daarvan bewust en zal het OLE daarin ondersteunen. Tegelijkertijd werd het belang benadrukt dat de eilandsraad na de verkiezingen van maart 2023 weer over het budgetrecht kan beschikken en de begroting kan vaststellen. Dit belang wordt door mij onderkend. Op basis van deze gesprekken ben ik bereid om de teruggave van het budgetrecht (fase 2.2) z.s.m. na de verkiezingen van maart 2023 plaats te laten vinden, op voorwaarde dat met het OLE afspraken zijn gemaakt over de verbeterstappen die voor en na de verkiezingen moeten worden doorgevoerd in de AO/IB van het OLE.

De afspraken houden in ieder geval in dat voor de verkiezingen van maart 2023 is geïnventariseerd welke wet- en regelgeving op het OLE van toepassing is (het normenkader) en dat de AO/IB processen die de grootste (financiële) impact hebben op het OLE zijn beschreven en waar mogelijk geïmplementeerd zoals de salarissen en sociale lasten, inkoop en aanbesteding en betaalverkeer. Na de verkiezingen zullen de resterende AO/IB processen worden beschreven en vindt de resterende implementatie van de AO/IB binnen het OLE plaats. Daarnaast zullen er afspraken worden gemaakt met het OLE om de continuïteit van het project te waarborgen. Deze zien onder andere op het instellen van een stuurgroep en het aanstellen van een projectmanager. De stuurgroep is eindverantwoordelijk voor het slagen van het project. De projectmanager leidt het project en is verantwoordelijk voor het uitvoeren van de verbeterstappen en het creëren van draagvlak binnen de organisatie. Het OLE zal de eilandsraad op periodieke basis informeren over de voortgang van de verbeterstappen.

Deze nadere afspraken worden de komende tijd verder uitgewerkt. Over de uitkomsten informeer ik u in de nota van toelichting op het concept-Koninklijk Besluit voor de inwerkingtreding van fase 2.2. Het wordt beoogd deze medio het eerste kwartaal van 2023 ter voorhang aan uw Kamer, alsmede de Eerste Kamer, aan te bieden.

Ondanks dat bij de verkiezingen van maart 2023 nog niet alle verbeterstappen zijn afgerond, wil ik de wens van de gedeputeerden en eilandsraad – om het budgetrecht z.s.m. terug te geven – honoreren. Daarvoor is het echter wel noodzakelijk dat ook de nieuwgekozen gedeputeerden en eilandsraadleden zich committeren aan het realiseren van de verbeterstappen die nog na de verkiezingen moeten worden doorgevoerd. Na de verkiezingen zal ik hen daarom vragen om dit commitment. Als dit commitment is gegeven, zal het koninklijk besluit voor fase 2.2 worden ondertekend. Als er geen of onvoldoende commitment is, zal de ondertekening van het koninklijk besluit worden aangehouden totdat deze wel is toegezegd of de verbeterstappen die zijn afgesproken zijn afgerond. Naar verwachting zal dit in het najaar van 2023 zijn.

Met de uitvoering van de verbeterstappen wordt een volgende stap gezet in de professionalisering van het OLE. Ik acht het van belang dat deze professionaliseringsslag ook de komende jaren kan worden voortgezet door het bestuurscollege en de eilandsraad, en ik zal hen daarbij ondersteunen. Na de verkiezingen zal ik hierover afspraken maken met het bestuurscollege, in samenspraak met de eilandsraad. Deze afspraken worden vastgelegd in het Afsprakenakkoord Sint Eustatius.

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, A.C. van Huffelen

Naar boven