35 300 A Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2020

Nr. 71 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 december 2019

Met deze brief informeer ik u over het besluit van Rijkswaterstaat om het bedieningsregime van de Haringvlietbrug te wijzigen teneinde de filedruk op dit deel van de A29 te verlagen. Rijkswaterstaat neemt dit besluit op basis van de uitkomsten van zorgvuldig overleg met stakeholders en het onderzoek van Rijkswaterstaat naar de mogelijkheid en wenselijkheid van aanpassing van het bedieningsregime.

Wijziging bedieningsregime

Mijn uitgangspunt voor de bediening van bruggen is dat de frequentie van de opening van de brug in verhouding staat tot het verkeersaanbod op de weg én op het water. Op de Haringvlietbrug is er intensiever wegverkeer tijdens de spitsuren. Op het water is er meer verkeer tijdens de zomermaanden. Het gaat vooral om recreatieverkeer, dat vanwege hoge masten brugopeningen nodig heeft.

Rijkswaterstaat heeft onderzoek gedaan naar de feitelijke bediening van de Haringvlietbrug en de effecten van de brugopeningen op de filevorming en verkeersveiligheid op de A29. Daarnaast is Rijkswaterstaat in overleg getreden met de stakeholders (de provincie Zuid-Holland, omliggende gemeenten, HISWA, TLN, evofenedex en recreatiebedrijven in het gebied) over het bedieningsregime.

De conclusie is dat:

  • er onder weg- en vaarweggebruikers behoefte is aan vereenvoudiging en uniformering van het bedieningsregime;

  • de brugopening om 15:30/15:45 uur in combinatie met de hoge verkeersintensiteit die typerend is voor dit tijdstip zorgt voor verkeersonveilige schokgolven in het verkeer (plotseling langzaam rijdend/stilstaand verkeer).

    Deze schokgolven hebben dusdanig effect dat de dagelijkse file eerder optreedt op de locaties Vaanplein en Oud Beijerland.

  • er in de waterrecreatiesector weerstand is tegen het laten vervallen van de brugopening van 15:30 uur, vanwege de beperking voor recreatie en daaraan gerelateerde economische activiteiten.

Bovenstaande brengt Rijkswaterstaat er toe om per 1 januari 2020 de brugopening van 15:30 uur te laten vervallen, het bedieningsregime eenduidiger en eenvoudiger te maken en een aantal aanvullende maatregelen te nemen om de waterrecreatiesector tegemoet te komen. Het gaat om de volgende maatregelen:

  • Toevoeging van een reguliere brugopening om 18:00 uur aan het einde van de spits voor een proefperiode van één jaar;

  • Toevoeging van een reguliere 17:00 uur brugopening in de weekenden en op feestdagen;

  • Toevoeging van de mogelijkheid voor 2 brugopeningen op aanvraag in het weekend in het winterseizoen;

  • Verlaging van de aanvraagtijd voor brugopeningen van 4 naar 2 uur van te voren;

  • Vereenvoudiging naar een meer eenduidige dienstregeling op hele uren met enkel een zomer- en winterregeling.

Gezien de sterk afnemende verkeersintensiteiten aan het eind van de spits is de afweging dat een 18:00 uur brugopening minder risico geeft op schokgolven en file-effecten op de A29 dan de te laten vervallen opening van 15:30 uur. Het verkeersbeeld wordt in de praktijk middels monitoring gevolgd en geëvalueerd. Op basis van de uitkomsten wordt na één jaar definitief besloten of de 18:00 uur brugopening blijvend in het regime wordt opgenomen.

De nu voorgestelde bediening voor de Haringvlietbrug ligt op het serviceniveau dat voor verbindingswateren wordt nagestreefd in het Basis Recreatie Toervaart Net (BRTN) voor kruisende autowegen met een verkeersintensiteit meer dan 1.000 voertuigen per uur. In de spitstijden wordt niet geopend.

Het besluit wordt formeel bekend gemaakt met een Bekendmaking aan de Scheepvaart.

Tot slot

Ik begrijp dat de waterrecreatiesector beperking ondervindt van het besluit om de brugopening op werkdagen om 15:30 uur te laten vervallen ter vermindering van de filevorming en verbetering van de verkeersveiligheid op de A29. Het is bij steeds toenemend wegverkeer zoeken naar een verantwoorde balans. Ik ben van mening dat het aangepaste bedieningsregime voor nu recht doet aan zowel de belangen van het wegverkeer als aan die van de recreatievaart. Ontwikkelingen in het verkeersbeeld worden door RWS gemonitord en kunnen het in de toekomst noodzakelijk maken om aanpassingen te (her)overwegen.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga

Naar boven