35 298 Wijziging van de Gemeentewet, de Provinciewet en de Comptabiliteitswet 2016 in verband met het afschaffen van de decentrale rekenkamerfunctie en het uitbreiden van de bevoegdheden van de rekenkamers (Wet versterking decentrale rekenkamers)

B VOORLOPIG VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR BINNENLANDSE ZAKEN EN DE HOGE COLLEGES VAN STAAT / ALGEMENE ZAKEN EN HUIS VAN DE KONING1

Vastgesteld 20 juni 2022

1. Inleiding

De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het voorstel Wet versterking decentrale rekenkamers (35 298). Zij juichen de versterking van de positie van decentrale rekenkamers toe. Zij hebben nog enkele vragen.

2. Instelling onafhankelijke rekenkamer

De leden van de fractie van de PvdA vragen wat door de provincie en/of de regering gedaan kan worden, wanneer onverhoopt zou blijken dat een bepaalde gemeente in gebreke blijft bij het instellen van een onafhankelijke rekenkamer?

3. Financiering

De financiering van de verplichte rekenkamer geschiedt door de gemeente (c.q. provincie, waterschap). Wat is volgens de regering een minimumbedrag (bijvoorbeeld uitgedrukt in euro’s per inwoner van de gemeente) dat nodig is om als rekenkamer volwaardig te kunnen functioneren? Zo’n minimumbedrag kan weliswaar geen verplichting zijn vanwege het budgetrecht van gemeenten, maar als voorbeeldnorm wel de discussie in gemeenten stimuleren. Een dergelijke voorbeeldnorm is naar het oordeel van de leden van de PvdA-fractie goed verenigbaar met het budgetrecht van de gemeente; het is immers geen verplichting. Is de regering het hier mee eens?

Steeds meer zaken die de gemeente(financiën) regarderen worden op bovengemeentelijk niveau beslist of uitgevoerd. Op vele terreinen vindt regionalisering plaats, zonder dat op het niveau van de regio democratische controle plaatsvindt. Dat moet dus door de gemeenteraad gebeuren. Daarbij zou het handig zijn wanneer de gemeenteraad zou kunnen beschikken over rapporten van rekenkamers die ook de regionale besluiten en uitvoering onderzoeken. Kan één lokale rekenkamer ook zelfstandig onderzoek doen naar de gehele (Wet gemeenschappelijke regelingen-)regio?

4. Samenwerking op regionaal niveau

Lokale rekenkamers kunnen op regionaal niveau samenwerken. Maar de regio’s waarin een gemeente zich bevindt zijn lang niet allemaal congruent. Hoe ziet de regering die mogelijke regionale samenwerking van lokale rekenkamers voor zich in niet-congruente regio’s, zo vragen de leden van de PvdA-fractie. In een steeds wisselende samenstelling? En welke gemeente financiert dergelijk regionale onderzoeken? Alleen de gemeente(n) waarvan de rekenkamer(s) regionaal onderzoek doet/doen?

5. Lidmaatschap

Kan eenzelfde persoon lid zijn van verschillende rekenkamers? Zo ja, acht de regering dat wenselijk? Kan een rekenkamer onderzoek uitbesteden aan een bureau waar een lid van de rekenkamer werkzaam is? Zo ja, acht de regering dit wenselijk? Indien dat niet het geval is: wat kan daar aan worden gedaan. Zou hiervoor, mogelijk in overleg met de Nederlandse Vereniging van Rekenkamers en Rekenkamercommissies (NVRR), niet een gedragscode moeten worden opgesteld?

Tot de versterking van decentrale rekenkamers behoort volgens de leden van de PvdA-fractie ook de mogelijkheid dat deze rekenkamers van elkaar leren. Bestaat er op landelijk niveau een (digitaal) platform waarop staat over welke onderwerpen de decentrale rekenkamers de afgelopen vijf jaar hebben geadviseerd, zodat andere rekenkamers daarvan kennis kunnen nemen en daarover met de betreffende rekenkamer contact kunnen opnemen? Zo nee, zou de regering de totstandkoming van een dergelijk platform willen faciliteren, wellicht eveneens in overleg met de NVRR?

De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning ziet met belangstelling uit naar de memorie van antwoord naar aanleiding van het voorlopig verslag en ontvangt deze graag binnen vier weken na vaststelling van dit voorlopig verslag.

De voorzitter van de commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning, Dittrich

De griffier van de commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning, Bergman


X Noot
1

Samenstelling:

Kox (SP), Ganzevoort (GL), De Boer (GL), Van Hattem (PVV), Pijlman (D66), Rombouts (CDA), Schalk (SGP), Koole (PvdA), Klip-Martin (VVD), Baay-Timmerman (50PLUS), Bezaan (VVD), Van den Berg (VVD), Crone (PvdA), Dittrich (D66) (voorzitter), Doornhof (CDA), Frentrop (Fractie-Frentrop), Meijer (VVD), Nicolaï (PvdD) (ondervoorzitter), Rietkerk (CDA), Rosenmöller (GL), De Vries (Fractie-Otten), Keunen (VVD), Van der Linden (Fractie-Nanninga), Van Pareren (Fractie-Nanninga), Raven (OSF), Talsma (CU) en Dessing (FVD).

Naar boven