35 287 Regels over de verdeling van pensioen bij scheidingen 2022 (Wet pensioenverdeling bij scheiding 2022)

Nr. 13 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 juli 2021

Afgelopen 25 januari was door uw Kamer een wetgevingsoverleg geagendeerd over het wetsvoorstel pensioenverdeling bij scheiding 2022. Na de val van het kabinet is dit overleg tot nader order geannuleerd. Uw Kamer heeft het wetsvoorstel niet controversieel verklaard.

De beoogde inwerkingtredingsdatum is 1 januari 2022.1 Zoals ik u al eerder meldde in mijn brief van 21 april 20202, is het wenselijk dat voor scheidende partijen en scheidingsprofessionals geruime tijd voor de scheiding duidelijk is welke gevolgen de scheiding heeft voor het pensioen, en welke regime van pensioenverdeling van toepassing is (de huidige wet of de nieuwe wet). Voor pensioenuitvoerders moet er voldoende voorbereidingstijd zijn om hun werkwijzen en administraties aan te passen. Een inwerkingtreding per 1 januari 2022 is gelet hierop niet langer haalbaar. Daarom meld ik – mede namens mijn ambtgenoot voor Rechtsbescherming – dat de beoogde inwerkingtredingsdatum van het wetsvoorstel wordt verschoven naar 1 juli 2022.

Ik hoop kort na het zomerreces met uw Kamer de behandeling van het wetsvoorstel te kunnen voortzetten, zodat er op tijd duidelijkheid kan worden geboden aan scheidende partijen en overige belanghebbenden.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees


X Noot
1

Kamerstuk 35 287, nr. 12.

X Noot
2

Kamerstuk 35 287, nr. 11.

Naar boven