35 264 Initiatiefnota van het lid Sjoerdsma: Vrij zijn om niet te geloven

Nr. 8 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 december 2020

Tijdens het notaoverleg betreffende de initiatiefnota van het lid Sjoerdsma (D66) «Vrij om niet te geloven» van 16 november jl. (Kamerstuk 35 264, nr. 7) heeft het lid Van Ojik (GroenLinks) vragen gesteld aan de Minister van Buitenlandse Zaken over het aantal incidenten in asielzoekerscentra dat verband houdt met de keuze van asielzoekers om wel of juist niet te geloven. Hierbij bied ik u de antwoorden aan op deze vragen.

Zoals de Minister van Buitenlandse Zaken tijdens het notaoverleg heeft aangegeven houdt het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (hierna: COA) een registratie bij van het aantal incidenten in opvanglocaties. Hierbij is het thans niet mogelijk om centraal te monitoren of deze incidenten verband houden met afvalligheid of de keuze om niet te geloven. Wel beschrijft het COA -waar mogelijk- de aanleiding van een incident in een feitenrelaas, dat wordt opgenomen in het dossier van betrokkene(n), welke ook gedeeld kan worden met politie en het Openbaar Ministerie. Het aantal aangiften dat wordt gedaan door bewoners, of de reden daartoe, wordt niet centraal bijgehouden door het COA. Daarom kan ik niet in kaart brengen hoeveel incidenten zijn voorgevallen vanwege afvalligheid of de keuze van bewoners om niet te geloven.

Op 1 december jl. is de motie Groothuizen (D66), Becker (VVD), Voordewind (ChristenUnie) en Van Toorenburg (CDA), betreffende het opstellen van een plan van aanpak voor een veiligere leefomgeving voor lhbti-asielzoekers en bekeerlingen in azc?s, (Kamerstuk 35 570 VI, nr. 61) aangenomen (Handelingen II 2020/21, nr. 31, Stemmingen). Daarbij wordt de regering tevens verzocht de registratie van incidenten omtrent geaardheid, levensovertuiging of religie uit te werken. Deze motie houdt verband met de vragen van het lid Van Ojik. Zodra het plan van aanpak gereed is, zal ik uw Kamer informeren.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, A. Broekers-Knol

Naar boven