35 228 Parlementaire ondervraging ongewenste beïnvloeding uit onvrije landen

Nr. 11 MOTIE VAN DE LEDEN BECKER EN VAN TOORENBURG

Voorgesteld 14 januari 2021

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat in de EU tewerkstellingsvergunningen worden verleend aan imams van buiten de EU, omdat er onvoldoende imams binnen de EU worden opgeleid;

overwegende dat het risico bestaat dat imams van buiten de EU bijdragen aan ongewenste buitenlandse beïnvloeding en/of verspreiding van ondemocratisch en onrechtstatelijk gedachtegoed;

constaterende dat een imamopleiding in het reguliere hoger onderwijs wordt ontwikkeld waarmee na een redelijke termijn het toelaten van geestelijk bedienaren van buiten de EU overbodig is, mits ook voldoende van deze opleiding gebruik wordt gemaakt;

verzoekt de regering, te onderzoeken hoe het oprichten van een opleiding voor imams in Nederland gepaard kan gaan met een overgangstermijn waarna imams van buiten de EU niet langer in aanmerking komen voor een tewerkstellingsvergunning en daarbij zo nodig ook de optie van voldoende opleidingsaanbod binnen de EU uit te werken, en de Kamer hierover voor de zomer te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Becker

Van Toorenburg

Naar boven