35 214 Verslag van een werkbezoek aan Wit-Rusland door een delegatie van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken

Nr. 1 VERSLAG VAN EEN WERKBEZOEK VAN EEN DELEGATIE UIT DE VASTE COMMISSIE VOOR BUITENLANDSE ZAKEN AAN WIT-RUSLAND VAN 23 MAART TOT EN MET 25 MAART 2019

Vastgesteld 3 juni 2019

Een delegatie uit de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken heeft van zaterdag 23 tot en met maandag 25 maart 2019 een werkbezoek gebracht aan Wit-Rusland. De delegatie bestond uit de leden De Roon (delegatieleider, PVV) en Van Haga (VVD), alsmede adjunct-griffier Meijers.

Het werkbezoek aan Wit-Rusland past in een reeks van werkbezoeken die de commissie Buitenlandse Zaken de afgelopen jaren heeft gebracht aan de andere landen van het Oostelijk Partnerschap: Georgië en Moldavië (in 2014), Armenië (2015) en Oekraïne (2016). Tijdens het bezoek heeft de delegatie zich laten informeren over de politieke, economische en maatschappelijke situatie in Wit-Rusland, waaronder de situatie omtrent de mensenrechten en de rechtstaat. Ook heeft de delegatie zich geïnformeerd over de opstelling van de Wit-Russische regering ten opzichte van Rusland aan de ene kant en de EU aan de andere kant.

De delegatie dankt alle gesprekspartners en degenen die betrokken zijn geweest bij het organiseren van dit werkbezoek. In het bijzonder wil de delegatie haar waardering uitspreken voor de inzet van de Nederlandse ambassadeur in Warschau, de Tijdelijk Zaakgelastigde in Minsk en hun medewerkers bij de voorbereiding van het programma en tijdens het werkbezoek. De hartelijke ontvangst en goede begeleiding van de delegatie hebben in belangrijke mate bijgedragen aan het welslagen van het bezoek.

De delegatieleider, De Roon

De griffier van de delegatie, Meijers

Verslag

Wit-Rusland is een relatief jong land: los van een periode van twee jaar van 1918 tot 1920, is het land pas sinds 1991 onafhankelijk. President Loekasjenko heeft sinds 1994 de macht in handen in Wit-Rusland. Er bestaan zorgen over het verloop van de verkiezingen in Wit-Rusland. De verkiezingswaarnemingsmissies van de Organisatie voor Vrede en Samenwerking in Europa (OVSE) constateren na vrijwel elke verkiezing dat deze niet vrij en eerlijk zijn verlopen. De verwachting is dat Loekasjenko ook bij vrije en eerlijke verkiezingen een meerderheid zou halen, maar deze zou kleiner zijn dan hij nu is. Wit-Rusland kent politieke partijen, maar het grootste deel van de parlementariërs is niet aan een partij gelieerd. Twee parlementariërs vertegenwoordigen de oppositiepartijen in het parlement. De volgende presidents- en parlementsverkiezingen staan gepland voor 2020. Het is nog onduidelijk in welke volgorde en op welk moment in het jaar de verkiezingen zullen zijn.

Een belangrijk aandachtspunt in Wit-Rusland is de mensenrechtensituatie. Punten van zorg zijn de beperkingen op de vrijheid van meningsuiting en mediavrijheid en de beperkingen op de vrijheid van vereniging. Ook voert Wit-Rusland, als enige land in Europa, de doodstraf nog uit. De rechtspraak in Wit-Rusland is niet volledig onafhankelijk. In maar 1% van de zaken in hoger beroep, wordt de oorspronkelijke uitspraak gewijzigd. Dit is laag vergeleken met andere landen. Ook worden rechters door Loekasjenko aangesteld voor een periode van vijf jaar, waarna zij dus relatief makkelijk vervangen kunnen worden.

In gesprekken met overheidsvertegenwoordigers werd met name de ruimte die geboden wordt aan de oppositie benadrukt. Zij is vertegenwoordigd in het parlement en de oppositie krant wordt verspreid via overheidskanalen. De doodstraf wordt gesteund door de bevolking, blijkens een referendum van 20 jaar geleden. Ook wordt wetgeving aangescherpt om de gronden voor het toepassen van de doodstraf te beperken. De dialoog over de doodstraf wordt breed gevoerd, binnen de overheid, het parlement en de samenleving. Een parlementaire werkgroep is actief bezig met het onderwerp de doodstraf. Zij organiseren expert bijeenkomsten en discussies met partners uit binnen- en buitenland. De wettelijke macht is volgens de overheidsvertegenwoordigers waar de delegatie mee sprak, onafhankelijk en middels programma’s van de EU en de OVSE wordt hun positie versterkt.

Op economisch gebied kent Wit-Rusland twee grote uitdagingen: de afhankelijkheid van Rusland en het gebrek aan privatisering (de helft van de economie is staatsbedrijf). In Wit-Rusland bestaan er zorgen over privatisering zoals in Rusland na de val van de Sovjet Unie en het verlies aan controle dat daarmee gepaard ging. Hervormingen van de economie zijn wel noodzakelijk voor economische groei, zoals beloofd door de president.

In de index voor Ease of Doing Business van de Wereldbank staat Wit-Rusland op plek 37, één plek boven Nederland (36), en op plek 53 in de Human Development Index. Er zijn echter veel barrières, zoals de staatsgeleide economie, de grote hoeveelheid bureaucratie, de zwakke economie en de zwakke rule of law. Dit wil niet zeggen dat er geen kansen liggen voor het Nederlandse bedrijfsleven. Met name de IT-sector is een kansrijke en groeiende sector in Wit-Rusland. Ook voert de Centrale Bank goed beleid en is de roebel sinds 3 jaar vrij stabiel. Vanuit Nederland vindt er echter geen actieve handelsbevordering plaats richting Wit-Rusland.

Gezien de terughoudendheid ten opzichte van economische hervormingen, lijkt toetreding van Wit-Rusland tot de Wereldhandelsorganisatie (WTO) nog niet in het verschiet te liggen. De onderhandelingen voor toetreding zijn reeds gestart in 1993, maar voor toetreding moeten een aantal tariefbarrières en subsidies afgeschaft worden, wat wringt met de staatsgeleide economie. Vanuit overheidszijde werd echter benadrukt dat Wit-Rusland al voldoet aan alle regels van de WTO, gezien haar lidmaatschap van de Eurasian Economic Union. Lidmaatschap van de WTO is daarom een formaliteit en men verwacht dit volgend jaar te voltooien. Hierbij erkent Wit-Rusland de zorgen van andere lidstaten zoals de Verenigde Staten, en erkent het dat het nog stappen moet zetten op het gebied van privatisering. Wit-Rusland staat in goed overleg met andere lidstaten om aan te tonen dat zij in de goede richting beweegt.

Vanuit de Europese Unie geldt op dit moment een wapenembargo richting Wit-Rusland. Ook zijn er sancties van kracht tegen vier personen, die twintig jaar geleden betrokken waren bij de verdwijning van een journalist, een zakenman en twee oppositieleden. Nadat in 2015 een aantal politieke gevangen zijn vrijgelaten, zijn de sancties richting 170 andere personen, waaronder president Loekasjenko, opgeheven. Sindsdien zijn de economische en politieke banden iets aangehaald en hebben Nederland en de EU een kritisch constructieve houding richting Wit-Rusland. De jaarlijkse mensenrechtendialoog is hier een belangrijk onderdeel van.

Het Wit-Russische buitenlandbeleid is gericht op stabiliteit en soevereiniteit. Het zoekt een balans tussen Rusland en de EU. Wit-Rusland benadrukt haar onafhankelijkheid bijvoorbeeld door de Russische claims op Abchazië, Zuid-Ossetië en de Krim niet te erkennen. Op dit moment is Wit-Rusland grotendeels van Rusland afhankelijk op economisch gebied, gezien de afhankelijkheid van de winst die Wit-Rusland maakt op de doorvoer van Russische olie en gas, met dank aan de Russische exportsubsidies. Loekasjenko streeft echter naar een multi-vector beleid, waarbij 30% van de handel met Rusland, 30% met de EU en 30% met de rest van de wereld gedreven wordt.

De Minsk Akkoorden zijn ook erg belangrijk voor het Wit-Russische streven naar neutraliteit. Dit heeft geleid tot de wens vanuit Minsk een «Helsinki 2» proces te starten als instrument voor conflictregulatie. Ook in het gesprek dat de delegatie voerde met Wit-Russische parlementariërs, werd deze wens naar voren gebracht. Gezien de afhankelijkheid van Rusland en het lidmaatschap van de Collectieve Veiligheidsorganisatie CSTO, lijkt dit echter niet haalbaar. Ook de binnenlandse situatie en met name de mensenrechtensituatie maken Wit-Rusland niet geschikt voor een dergelijke rol. Het initiatief heeft er wel voor gezorgd dat andere landen Wit-Rusland als meer onafhankelijk zijn gaan zien, met een eigen buitenlandpolitiek.

De relatie met Rusland is recent op meer gespannen voet komen te staan. Er zijn toenemende zorgen aan Russische zijde dat het Westen een wig zal drijven tussen Rusland en Wit-Rusland. Daarbij heeft Rusland recent het idee voor een Statenunie opnieuw naar voren gebracht. Dit is voor het eerst voorgesteld in 1999 door Loekasjenko, omdat hij destijds verwachtte president te kunnen worden van de nieuwe Uniestaat. Na het aantreden van Poetin veranderde dit echter. Poetin heeft het idee nu opnieuw geopperd en er wordt gespeculeerd dat dit een manier is voor hem om aan de macht te blijven als zijn laatste termijn in 2023 afloopt. Ook is Rusland de exportsubsidies op olie en gas stapsgewijs aan het afschaffen, richting volledige afschaffing in 2025. Dit zal een grote impact hebben op de Wit-Russische begroting en economie. Loekasjenko is echter erg terughoudend ten opzichte van economische hervormingen. Daarbij heeft de afbouw van de Russische subsidies geen directe maatschappelijke gevolgen (in tegenstelling tot verdere integratie en de creatie van een Uniestaat), tenzij er vanuit de bevolking protesten ontstaan vanwege de economische gevolgen van de afbouw. Dat is op dit moment nog niet het geval. Daarom lijkt President Loekasjenko nu te kiezen voor meer onafhankelijkheid en de afbouw van subsidies, ondanks de economische consequenties.

Tijdens het presidentschap van Loekasjenko worden er geen grote veranderingen in de Russisch/Wit-Russische relatie verwacht. Er zal vanuit Wit- Rusland weerstand blijven bestaan tegen het aansturen van President Poetin op een Uniestaat en verdere integratie. Aan de andere kant zal Wit-Rusland onder President Loekasjenko ook niet willen toetreden tot de Europese Unie of de NAVO. Er zijn signalen dat de Russische druk op Wit-Rusland toeneemt, een militaire inval wordt echter niet realistisch geacht.

China speelt ondertussen een steeds belangrijkere rol in Wit-Rusland. In het Chinese Belt and Road-initiatief heeft Wit-Rusland de na de annexatie van de Krim weggevallen rol van Oekraïne overgenomen. Naast de investeringen die China doet in infrastructuur, is China ook bereid militaire technologie te leveren aan Wit-Rusland, zonder de voorwaarden voor een militaire basis in Wit-Rusland die Rusland aan dezelfde leveringen verbindt.

In het gesprek met de commissie Buitenlandse Zaken van het Wit-Russische parlement werden de goede banden tussen Nederland en Wit-Rusland door de gesprekspartners benadrukt, gebaseerd op vriendschap met ruimte voor een kritische noot hier en daar. Aan Wit-Russische zijde werd de hoop uitgesproken om deze banden verder te verdiepen op economisch gebied, bijvoorbeeld door een Nederlandse handelsmissie, maar ook op cultureel gebied. De delegatie heeft aangegeven dat delegaties uit collega parlementen altijd welkom zijn een bezoek aan de Tweede Kamer te brengen.

Programma van het werkbezoek

Zaterdag 23 maart:

  • Briefing door ambassadeur en Tijdelijk Zaakgelastigde

Zondag 24 maart:

  • Leggen van bloemen bij Victory Monument, ter nagedachtenis aan slachtoffers Tweede Wereldoorlog, samen met Wit-Russische parlementariërs

  • Gesprek dhr. Valery Karbalevich, politiek analist

  • Gesprek dhr. Arseni Sivitsky, analist buitenland- en veiligheidsbeleid

  • Diner met verschillende ambassadeurs

Maandag 25 maart:

  • Gesprek met Andrei Bushilo, Directeur Generaal Europa en Noord Amerika van het Wit-Russische Ministerie van Buitenlandse Zaken

  • Gesprek met Wit-Russische parlementariërs van commissie Buitenlandse Zaken

  • Gesprek met mensenrechtenverdedigers

  • Bezoek National Agency of Investment and Privatisation

  • Diner met vertegenwoordigers van de politiek, het maatschappelijk middenveld en economische actoren

Naar boven