Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 april 2022
In deze Kamerbrief wil ik graag een toezegging nakomen die door mijn voorganger aan
het lid Agnes Mulder (CDA) is gedaan tijdens het Commissiedebat China van 4 november
2021 (Kamerstuk 35 207, nr. 55).
Het lid Agnes Mulder (CDA) informeerde gedurende het Commissiedebat China op 4 november
jl. naar de beoordeling van het kabinet van de Litouwse onderzoeksbevindingen inzake
censuursoftware op smartphones van Chinese fabrikanten. Mijn voorganger heeft toegezegd
om hierover via de diensten contact op te nemen met de Litouwse collega’s. Het onderzoek
in Litouwen is niet verricht door de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, maar door
het Litouwse National Cyber Security Center. Daarom is, na overleg met de AIVD, contact
opgenomen met Litouwen via het Nederlandse Nationaal Cyber Security Centrum (NCSC).
Het Litouwse National Cyber Security Center, dat onderdeel uitmaakt van het Litouwse
Ministerie van Defensie, concludeerde in september 2021 op basis van eigen onderzoek
dat onderzochte smartphones van diverse Chinese fabrikanten kwetsbaarheden en risico’s
in zich houden, waaronder een specifieke functionaliteit aangeduid als censuursoftware.
Het gaat daarbij specifiek om een lijst van termen die in China gevoelig liggen. De
Litouwse overheid concludeerde dat deze lijst op Europese smartphones aanwezig is
en periodiek geactualiseerd wordt, maar dat er op de in de Europese Unie (EU) verkochte
smartphones geen censuur wordt toegepast. Naar aanleiding van het Litouwse onderzoek
heeft ook het Duitse Bundesamt für Sicherheit in der Informationstechnik (BSI) een eigen onderzoek ingesteld. Daarbij zijn geen bijzonderheden aangetroffen.
Het kabinet benadrukt dat ieder land een eigen afweging maakt in het geven van adviezen
ten aanzien van het kopen van telefoons van fabrikanten. Zoals de Minister van Economische
Zaken en Klimaat op 4 november jl. en 7 april jl. aangaf in de beantwoording van de
Kamervragen van het lid Rajkowski (VVD) (Aanhangsel Handelingen II 2021/22, nr. 578 en 2367), deelt het kabinet de zorgen dat het daadwerkelijk toepassen van dergelijke software
inbreuk kan maken op de grondrechten van gebruikers. Het kabinet zal daarom bezien
of het doelmatig is om de Telecommunicatiewet (TW) aan te passen zodat het communicatiegeheim
in de TW naast aanbieders van openbare elektronische communicatienetwerken ook van
toepassing is op derden waaronder leveranciers van telefoons.
Kortheidshalve verwijs ik u voor meer informatie graag naar desbetreffende beantwoording
waarin dit vraagstuk aan de orde is gesteld.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
W.B. Hoekstra