35 165 Verkiezingen

Nr. 23 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 7 juli 2020

De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken heeft een aantal vragen en opmerkingen voorgelegd aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de brief van 9 juni 2020 over het ontwerpbesluit tot wijziging van het Tijdelijk experimentenbesluit stembiljetten en centrale stemopneming (Kamerstuk 35 165, nr. 22).

De vragen en opmerkingen zijn op 26 juni 2020 aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voorgelegd. Bij brief van 6 juli 2020 zijn de vragen beantwoord.

De voorzitter van de commissie, Ziengs

De adjunct-griffier van de commissie, Hendrickx

Vragen en opmerkingen vanuit de fracties en reactie van de Minister

Met belangstelling heb ik kennisgenomen van de vragen en de opmerkingen van de leden van verschillende fracties in het verslag van het schriftelijk overleg over het bij uw Kamer voorgehangen ontwerpbesluit tot wijziging van het Tijdelijk experimentenbesluit stembiljetten en centrale stemopneming in verband met de invoering van een elektronisch vervangend briefstembewijs. Hierbij reageer ik op de gestelde vragen en de geplaatste opmerkingen. Ik doe dat door zo veel mogelijk de indeling en volgorde van het verslag aan te houden en waar aangewezen, per onderwerp.

De leden van de VVD-fractie merken allereerst op dat zij het een goede zaak vinden dat er weer een stap wordt gezet met als doel het voor Nederlanders in het buitenland gemakkelijker te maken hun stem uit te brengen. Wel moet worden voorkomen dat er meer dan één keer kan worden gestemd, maar dat geldt in feite ook al voor de situatie waarin het vervangende briefstembewijs per post wordt verstuurd. De leden van de VVD-fractie vragen mij daar op in te gaan.

De leden van de D66-fractie zijn verheugd dat er stappen worden gezet ten aanzien van het digitaliseren van het stemproces voor kiezers in het buitenland. Deze leden hebben in het recente gevoerde «schriftelijk overleg democratie, kiesrecht en desinformatie» reeds aandacht gevraagd voor het versturen van het gewone briefstembewijs via de digitale weg. De Minister, zo schrijven zij, voorzag toen een risico dat kiezers zouden gaan dubbelstemmen. Zijn er minder rigoureuze maatregelen te nemen om dubbelstemmen te voorkomen dan slechts met een digitaal vervangend briefstembewijs te werken, zo vragen de leden van de D66-fractie. Ofwel welke maatregelen kunnen worden genomen om het gewone briefstembewijs digitaal te versturen en het risico op dubbelstemmen te mitigeren? Deze leden vragen mij daarnaast wat een digitaal vervangend briefstembewijs oplost in het kader van dubbelstemmen. Bestaat er überhaupt geen risico op dubbelstemmen met een digitaal vervangend briefstembewijs? Zij vragen of ik beide procedures, het gewone en het vervangende briefstembewijs via de digitale weg versturen, stap voor stap kan beschrijven en kan aangeven waar in het proces risico’s bestaan met dubbelstemmen.

In het ontwerpbesluit stel ik voor om de bestaande mogelijkheid om een vervangend briefstembewijs per post te ontvangen, aan te vullen met de mogelijkheid om een vervangend briefstembewijs per e-mail te ontvangen. Als een kiezer op zijn verzoek een vervangend briefstembewijs per post ontvangt, ontvangt die kiezer een fysiek document, in casu een nieuw briefstembewijs, dat is voorzien van beveiligingskenmerken, waaronder kopieerbeveiliging. Dat fysieke briefstembewijs kent dezelfde beveiliging als de stempas die aan kiezers in Nederland wordt gestuurd. Daarentegen kan het vervangend briefstembewijs dat een kiezer in het buitenland per e-mail ontvangt, dergelijke beveiligingskenmerken niet bevatten, omdat de kiezer dat zelf moet kunnen printen. Vanwege het andersoortige document zijn de risico’s andersoortig en is het nodig om andere controles in te bouwen waarmee kan worden gedetecteerd of een kiezer met een geprint vervangend briefstembewijs probeert meerdere malen te stemmen. In de Nota van toelichting bij het ontwerpbesluit zijn deze controles beschreven.

Waarom wordt het eerste briefstembewijs niet per e-mail naar de kiezers in het buitenland verstuurd, zo vragen de leden van de VVD-fractie verder. Wordt dat overwogen? Zo neen, waarom niet?

Het per e-mail versturen van het (vervangend) briefstembewijs introduceert het risico dat een kiezer dit briefstembewijs meerdere malen kan printen en zo zou kunnen proberen meer dan één keer te stemmen. Om dat te kunnen ontdekken, moeten de briefstembureaus aanvullende controles uitvoeren. Ik wil daarom eerst ervaring opdoen met het per e-mail versturen van uitsluitend het vervangend briefstembewijs. Als die ervaringen positief zijn en kan worden gewaarborgd dat men maar één keer kan stemmen, kan een volgende stap worden gezet naar grotere aantallen en kan aan Nederlandse kiezers in het buitenland het briefstembewijs per e-mail worden verstuurd.

Ten slotte vragen de leden van de VVD-fractie hoe het verzoek om een vervangend briefstembewijs per e-mail te ontvangen, moet worden gedaan. Moet dat per post worden gedaan of kan dat ook per e-mail?

Net als het verzoek om een vervangend briefstembewijs dat per post wordt toegezonden, kan het verzoek om een vervangend briefstembewijs dat per e-mail wordt toegezonden, per post, per e-mail en mondeling (in persoon) worden gedaan.

De leden van de D66-fractie merken verder op zich zo te kunnen voorstellen dat de wereldwijde coronacrisis ook weerslag heeft op de internationale postbezorging en daarmee op de bezorging van stemmen uit het buitenland. Deze leden vragen mij te onderzoeken wat de vertragingen zijn in de internationale postbezorging als gevolg van de coronacrisis en wat de gevolgen daarvan kunnen zijn op de komende parlementsverkiezingen. Zij vragen of ik reeds een beeld heb van de situatie en de mogelijke gevolgen. En zo ja, of die bevindingen met de Kamer kunnen worden gedeeld. Ook vragen de leden van de D66-fractie of ik maatregelen ga nemen om stemmen vanuit het buitenland, ondanks de gevolgen van coronacrisis op de internationale postbezorging, toch zo normaal mogelijk te laten verlopen.

Over de organisatie van de verkiezing voor de Nederlanders in het buitenland vindt overleg plaats met de gemeente Den Haag en met het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Uiteraard wordt daarbij ook gekeken naar de ontwikkelingen rond de postbezorging in relatie tot COVID-19.

De leden van de SP-fractie lezen dat ik voornemens ben om het op dit moment voor kiezers in het buitenland mogelijk te maken dat wordt geëxperimenteerd met een digitaal stembewijs en daarbij stel dat ik het niet kunnen uitoefenen van het kiesrecht zwaarder vind wegen dan het relatief kleine risico dat door digitale verzending van het vervangend briefstembewijs een kiezer zou kunnen proberen meerdere keren een stem uit te brengen. De leden van deze fractie vragen of het risico op stemfraude alleen acceptabel is voor kiezers in het buitenland en zo ja, of ik dat een acceptabel onderscheid vind en waarom. Zo nee, waarom richt dit experiment zich dan alleen op kiezers in het buitenland?

Nederlandse kiezers die vanuit het buitenland stemmen, stemmen per brief1 en moeten dus voldoende tijd hebben om hun stem op tijd bij het briefstembureau te krijgen. In het ontwerpbesluit stel ik voor om de bestaande mogelijkheid om een vervangend briefstembewijs per post te ontvangen, aan te vullen met de mogelijkheid om een vervangend briefstembewijs per e-mail te ontvangen. Immers, als een vervangend briefstembewijs alleen per post aan de kiezer in het buitenland kan worden toegezonden, is het risico redelijk groot tot zeer groot dat de kiezer dit te laat ontvangt om nog zijn stem te kunnen uitbrengen. Het risico dat door toezending van het vervangend briefstembewijs per e-mail een kiezer succesvol zou kunnen proberen meerdere keren een stem uit te brengen is, ook gelet op de aanvullende controleprocedures, relatief klein. Daarom wordt voor de Nederlandse kiezers die vanuit het buitenland stemmen, alles afwegend, het belang van het kunnen stemmen zwaarder gewogen dan het relatief kleine risico dat een vervangend briefstembewijs meerdere malen kan worden geprint waardoor gepoogd kan worden meermalen te stemmen.

Kiezers in Nederland kunnen tot één dag voor de stemming 12:00 uur mondeling bij de gemeente een vervangende stempas aanvragen als de stempas kwijt is (in het ongerede is geraakt) of niet is ontvangen. Er is daarom geen reden om het mogelijk te maken dat een vervangende stempas per e-mail aan deze kiezers kan worden gestuurd. Daarmee zou overigens ook een nieuw risico op meervoudig stemmen worden geïntroduceerd.

De leden van de SP-fractie vragen verder tot op welke dag deze vervangende bewijzen via e-mail kunnen worden verstuurd.

Indien een Nederlandse kiezer in het buitenland per post een verzoek doet om een vervangend briefstembewijs, moet dit uiterlijk de twaalfde dag voor de stemming zijn ontvangen. Op dat verzoek wordt zo spoedig mogelijk beslist. Indien een Nederlandse kiezer in het buitenland in persoon een verzoek doet om een vervangend briefstembewijs, moet dit uiterlijk de negende dag om 12:00 uur zijn ontvangen en daarop wordt terstond beslist. Dat is de bestaande regeling.

Ook vragen de leden van de SP-fractie of ik het met hen eens ben dat ook voor veel mensen die niet in het buitenland wonen en op de verkiezingsdag zelf erachter komen dat ze geen stembewijs meer hebben, het een waardevolle aanvulling kan zijn een stembewijs via e-mail te ontvangen. Zo ja, waarom wordt er onderscheid gemaakt tussen kiezers in het buitenland en het stemrecht van mensen die niet in het buitenland wonen? Ten slotte leggen de leden van de SP-fractie mij de vraag voor waarom ik een risico op stemfraude accepteer terwijl het verkiezingsproces daar juist uitermate ongeschikt voor is en het aantal mensen die nu niet kunnen stemmen beperkt is?

Nederlanders die vanuit het buitenland stemmen, doen dat per brief. Zij wachten daarom niet tot de dag van stemming om hun stem uit te brengen, tenzij ze in de gelegenheid zijn om gebruik te maken van de mogelijkheid in persoon hun briefstem bij een briefstembureau af te geven, maar dat aantal kiezers is erg klein. Kiezers in het buitenland zullen dus veel eerder dan de dag van stemming merken dat het briefstembewijs in het ongerede is geraakt, kwijt is of niet is ontvangen. Dan wordt door hen gevraagd om een vervangend briefstembewijs. Het probleem in de praktijk is dat het vervangend briefstembewijs nu uitsluitend per post naar die kiezers kan worden gezonden. De post kan er met name in het buitenland soms weken over doen, waardoor het vervangend briefstembewijs pas aankomt om een moment dat de kiezers niet meer kunnen stemmen. Om dat probleem om te lossen wordt het mogelijk gemaakt het vervangend briefstembewijs per e-mail te sturen aan de kiezer die daar om vraagt, zodat de kiezer er veel eerder over beschikt dan bij toezending per post.


X Noot
1

Een klein aantal van de in de permanente registratie voor kiezers buitenland opgenomen kiezers stemt met een kiezerspas of machtigt iemand anders.

Naar boven