35 130 (R2119) Voorstel van Rijkswet van de leden Sjoerdsma, Asscher, Van Otterloo, Van Wijngaarden en Van Ojik houdende regels inzake het creëren van tijdelijke uitzonderingen op de Rijkswet op het Nederlanderschap (Rijkswet inperking gevolgen Brexit)

J BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 maart 2020

De leden van de PVV-fractie vragen in het nader voorlopig verslag over het voorstel van rijkswet van de leden Sjoerdsma, Asscher, Van Otterloo, Van Wijngaarden en Van Ojik houdende regels inzake het creëren van tijdelijke uitzonderingen op de Rijkswet op het Nederlanderschap (Rijkswet inperking gevolgen Brexit) (35 130 (R2119)) of de regering kan aangeven in hoeverre deze initiatiefwet uitvoerbaar is, nu blijkt dat Nederlanders zich in het Verenigd Koninkrijk niet hoeven te registreren bij de Nederlandse vertegenwoordiging aldaar. Zij vragen in hoeverre het voor de Nederlandse overheid controleerbaar is dat deze personen vanaf 23 juni 2016 onafgebroken hoofdverblijf hebben gehad in het Verenigd Koninkrijk.

Evenals dat het geval is voor Britse onderdanen die op grond van het Terugtrekkingsakkoord in aanmerking wensen te komen voor een Nederlands verblijfsdocument, geldt voor de in het Verenigd Koninkrijk woonachtige Nederlanders die de Britse nationaliteit willen verkrijgen, en voor voormalig Nederlanders die het Nederlanderschap wensen te herkrijgen, de zogenaamde vrije bewijsleer. Dit betekent dat zij met alle bewijsmiddelen kunnen aantonen dat zij voldoen aan de voorwaarden van het initiatiefvoorstel. Hierbij valt te denken aan onder meer een arbeidsovereenkomst met een in het Verenigd Koninkrijk gevestigde werkgever, een huurcontract of koopovereenkomst voor een woning, een bewijs van inschrijving van kinderen op een school in het Verenigd Koninkrijk of bankafschriften met een adres in het Verenigd Koninkrijk. Doorslaggevend is of uit de bewijsmiddelen, in samenhang bezien, blijkt dat de aanvrager sinds 23 juni 2016 – of sinds diens geboorte – onafgebroken hoofdverblijf heeft (gehad) in het Verenigd Koninkrijk.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, A. Broekers-Knol

Naar boven