F VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Vastgesteld 10 januari 2020
De leden van de vaste commissie voor Immigratie en Asiel/JBZ-Raad1 hebben tijdens de vergadering van 17 december 2019 kennisgenomen van de memorie van
antwoord2 van het initiatiefvoorstel voor Rijkswet inperking gevolgen Brexit (35 130 (R2119)).
Naar aanleiding hiervan is op 19 december 2019 een brief gestuurd aan het Tweede Kamerlid
Sjoerdsma.
De heer Sjoerdsma heeft op 10 januari 2020 gereageerd.
De commissie brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.
De griffier van de vaste commissie voor Immigratie en Asiel/JBZ-Raad, Van Dooren
BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR IMMIGRATIE EN ASIEL/JBZ-RAAD
Aan het Tweede Kamerlid Sjoerdsma
Den Haag, 19 december 2019
De leden van de vaste commissie voor Immigratie en Asiel/JBZ-Raad hebben tijdens de
vergadering van 17 december 2019 met belangstelling kennisgenomen van de memorie van
antwoord3 van het initiatiefvoorstel voor Rijkswet inperking gevolgen Brexit (35 130 (R2119)).
Zij verzoeken u en de andere initiatiefnemers Asscher, Van Otterloo, Van Ojik en Van
Wijngaarden, tegen het einde van het kerstreces een appreciatie te geven van de recente
ontwikkelingen rondom de uitslag van de verkiezingen in het Verenigd Koninkrijk en
de uittreding van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie. Zij vragen u daarbij
aan te geven welke gevolgen deze ontwikkelingen mogelijk hebben voor dit wetsvoorstel.
De leden van de vaste commissie voor Immigratie en Asiel/JBZ-Raad zien uw beantwoording
met belangstelling tegemoet en verzoeken u deze uiterlijk vrijdag 10 januari 2020,
aan de Eerste Kamer te doen toekomen, zodat deze besproken kan worden tijdens de commissievergadering
van dinsdag 14 januari 2020.
De voorzitter van de vaste commissie voor Immigratie en Asiel/JBZ-Raad, Faber-van de Klashorst
BRIEF VAN HET TWEEDE KAMERLID SJOERDSMA
Aan de voorzitter van de vaste commissie voor Immigratie en Asiel/JBZ-Raad
Den Haag, 10 januari 2020
Namens de mede-initiatiefnemers Asscher, Van Otterloo, Van Ojik en Van Wijngaarden,
hartelijk dank voor uw brief van 19 december jl. en het verzoek een appreciatie te
geven van de recente ontwikkelingen rondom de uitslag van de verkiezingen in het Verenigd
Koninkrijk uit de Europese Unie, met daarbij een indicatie van welke gevolgen deze
ontwikkelingen mogelijk hebben voor het initiatiefwetsvoorstel Rijkswet Inperking
gevolgen Brexit (35 130 (R2119)).
De verkiezingen van 12 december jl. hebben in het VK geleid tot een meerderheid voor
de Conservatieve Partij van premier Johnson. Het is nu zijn streven om het uittredingsakkoord
zoals overeengekomen tussen hemzelf en de EU vóór 31 januari goedgekeurd te krijgen
door het Britse parlement. Indien dat gebeurt, dan zou dat de belangrijkste aanleiding
voor onderhavig wetsvoorstel kunnen wegnemen, te weten de bescherming van Nederlandse burgers in het VK in het geval een no deal-Brexit. Tegelijkertijd
heeft EU-hoofdonderhandelaar Barnier recent in een brief aan Brexit Secretary Barclay
zijn zwaarwegende zorgen uitgesproken over de mogelijkheid dat premier Johnson ná
de Brexit de bescherming en rechten van EU-burgers in het VK zou verwateren en verzwakken.
Deze zorgen werden deze week ook door de grote politieke fracties in het EP herhaald.
Dat maakt dat indieners geen definitieve appreciatie kunnen geven voor de door u gestelde
deadline.
Gelet hierop zou ik uw commissie vriendelijk willen verzoeken om de indieners in de
gelegenheid te stellen ná 31 januari een volledige appreciatie te geven van de gevolgen
die de ontwikkelingen in het Verenigd Koninkrijk hebben voor het initiatiefwetsvoorstel
Rijkswet Inperking gevolgen Brexit.
Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd en zie graag uw reactie tegemoet.
Tweede Kamerlid D66, Sjoerdsma
X Noot
1Samenstelling: Kox (SP), Faber-van de Klashorst (PVV), (voorzitter), De Boer (GL),
Van Dijk (SGP), Van Hattem (PVV), Jorritsma-Lebbink (VVD), Nooren (PvdA), Oomen-Ruijten
(CDA), Rombouts (CDA), Stienen (D66), Teunissen (PvdD), Van Rooijen (50PLUS), Adriaansens
(VVD), De Blécourt-Wouterse (VVD), Van der Burg (VVD), Cliteur (FVD), Doornhof (CDA),
Gerbrandy (OSF), Huizinga-Heringa (CU), Karimi (GL), Van der Linden (FVD), Nanninga
(FVD), (ondervoorzitter), Van Pareren (FVD), Veldhoen (GL), Vos (PvdA) en De Vries
(Fractie-Otten).