35 122 Wijziging van de Penitentiaire beginselenwet, het Wetboek van Strafrecht en enige andere wetten in verband met de wijziging van de regeling inzake detentiefasering en voorwaardelijke invrijheidstelling (Wet straffen en beschermen)

K VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 22 juni 2021

De leden van de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid1 hebben kennisgenomen van de brief van de Minister van Rechtsbescherming van 2 april 20212 waarbij het tweede Gateway Review Wet straffen en beschermen is aangeboden. Zij hebben in reactie daarop op 20 mei 2021 een brief gestuurd aan de Minister met enkele vragen van de PVV-fractie.

De Minister heeft op 21 juni 2021 gereageerd.

De commissie brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde nader schriftelijk overleg.

De griffier van de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid, Van Dooren

BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Minister voor Rechtsbescherming

Den Haag, 20 mei 2021

De leden van de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid hebben met kennisgenomen van uw brief van 2 april 20213 waarbij het tweede Gateway Review Wet straffen en beschermen is aangeboden. De leden van de PVV-fractie hebben naar aanleiding daarvan enkele vragen.

Zou u zo snel mogelijk alle relevante informatie bekend kunnen maken inzake het ingestelde speciale gremium voor de exacte vormgeving van het samenwerkingsverband tussen OM en CJIB en de daaruit vloeiende samenwerkingsafspraken, alsmede werkinstructies?

Kunt u, zo gedetailleerd mogelijk, aangeven op welke wijze de samenwerkingsafspraken, werkinstructies etcetera worden geëvalueerd in het kader van het slachtofferbelang?

Tot slot. Is het mogelijk (indien van toepassing) periodieke updates aan te leveren inzake de vormgeving van «de opvolger» van het in eerste instantie ontwikkelde samenwerkingsverband, bestaande uit OM en CJIB? Kunt u ook aangeven op welke wijze «de opvolger» waarborgt dat het slachtofferbelang zo zwaar mogelijk meeweegt?

Graag ontvangen de leden van de PVV-fractie een gemotiveerd antwoord op de vragen.

De leden van de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid zien uw reactie – bij voorkeur voor binnen vier weken – met belangstelling tegemoet.

Voorzitter van de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid, M.M. de Boer

BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 21 juni 2021

Op 20 mei 2021 heeft uw Kamer een aantal schriftelijke vragen gesteld naar aanleiding van de aanbieding van de tweede Gateway review op de Wet straffen en beschermen. In onderhavige brief voorzie ik deze vragen van een reactie.

Allereerst hebben leden van uw Kamer gevraagd of zo snel mogelijk alle relevante informatie bekend kan worden gemaakt inzake het ingestelde speciale gremium voor de exacte vormgeving van het samenwerkingsverband tussen het Openbaar Ministerie (OM) en het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) en de daaruit vloeiende samenwerkingsafspraken, alsmede werkinstructies.

Omdat zowel het CJIB als het OM bij de inwerkingtreding van de Wet straffen en beschermen taken zullen verrichten bij het raadplegen en informeren van slachtoffers ten behoeve van het meewegen van het slachtofferbelang, is – met het oog op het belang van het slachtoffer – gekozen een nauwe samenwerking aan te gaan. Met die samenwerking, waarbij beide organisaties werken met behoud van hun eigen verantwoordelijkheid, wordt een nauwe afstemming en een uniforme bejegening van het slachtoffer bevorderd.

In de afgelopen periode hebben OM, CJIB en de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) nader invulling gegeven aan deze samenwerking. Hierbij is in het bijzonder aandacht besteed aan het delen van kennis en expertise, informatie-uitwisseling, eensluidende communicatie en één ingang voor slachtoffers en zijn bijbehorende processen binnen de keten getoetst. De wijze waarop wordt samengewerkt zal worden geborgd in een operationeel samenwerkingsdocument en in interne werkinstructies van het CJIB en het OM. Op dit moment wordt hieraan de laatste hand gelegd, zodat per 1 juli 2021 de afspraken concreet toegepast kunnen worden.

Daarnaast heeft uw Kamer gevraagd of, zo gedetailleerd mogelijk, kan worden aangeven op welke wijze de samenwerkingsafspraken, werkinstructies et cetera worden geëvalueerd in het kader van het slachtofferbelang.

Het CJIB en het OM zullen de taken ten aanzien van het raadplegen en informeren van slachtoffers de komende twee jaar, na inwerkingtreding van de wet per 1 juli 2021, in nauwe samenwerking uitvoeren, waarbij er om en nabij die twee jaar is voorzien in een evaluatie. In aanloop naar het evaluatiemoment wordt de exacte vraagstelling nader uitgewerkt. Daarbij zal dan in elk geval aandacht zijn voor de wijze waarop de samenwerking heeft plaatsgevonden. Uiteraard wordt hierbij betrokken of slachtoffers correct zijn bejegend en de juiste informatie tijdig hebben ontvangen.

Tot besluit hebben leden van uw Kamer gevraagd of het (indien van toepassing) mogelijk is periodieke updates aan te leveren inzake de vormgeving van «de opvolger» van het in eerste instantie ontwikkelde samenwerkingsverband, bestaande uit het OM en het CJIB. Daarbij is ook gevraagd of kan worden aangegeven op welke wijze «de opvolger» waarborgt dat het slachtofferbelang zo zwaar mogelijk meeweegt.

Dit is mogelijk. De vraag hoe het raadplegen respectievelijk informeren van slachtoffers in de toekomst wordt vormgegeven zal worden beantwoord op basis van eerdergenoemde evaluatie. In dit verband zal worden bezien in welke mate een verandering benodigd is in de verdeling (van taken) tussen het OM en het CJIB. Daarbij zal expliciet aandacht zijn voor de mogelijkheid om de taken ten aanzien van het raadplegen én informeren van slachtoffers – in de tenuitvoerleggingsfase – bij het CJIB te beleggen. Indien de evaluatie daartoe aanleiding geeft, bijvoorbeeld als deze leidt tot een wijziging van verantwoordelijkheden en taken, dan zal uw Kamer daarover worden geïnformeerd.

De Minister voor Rechtsbescherming, S. Dekker


X Noot
1

Samenstelling:

Backer (D66), De Boer (GL) (voorzitter), Van Dijk (SGP), Van Hattem (PVV), Rombouts (CDA), vac. (CU), Baay-Timmerman (50PLUS), Adriaansens (VVD), arbouw (VVD), Bezaan (PVV), De Blécourt-Wouterse (VVD), Dittrich (D66), Doornhof (CDA), Janssen (SP), Karimi (GL), Meijer (VVD), Nicolaï (PvdD), Otten (Fractie-Otten) (ondervoorzitter), Recourt (PvdA), Rietkerk (CDA), Veldhoen (GL), Van Wely (Fractie-Nanninga), Nanninga (Fractie-Nanninga). Raven (OSF), Karakus (PvdA), Talsma (CU), Hiddema (FVD)

X Noot
2

Kamerstukken I 2020/21, 35 122, I.

X Noot
3

Kamerstukken I 2020/21, 35 122, I.

Naar boven