35 047 (R2108) Wijziging van de Paspoortwet in verband met de invoering van elektronische identificatie met een publiek identificatiemiddel en het uitbreiden van het basisregister reisdocumenten

Nr. 12 TWEEDE NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 12 juli 2019

Artikel I van het voorstel van rijkswet wordt als volgt gewijzigd:

A

Voor onderdeel A wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

0A

Voor artikel 1 wordt een paragraafaanduiding ingevoegd, luidende:

§ 1. Definities en reikwijdte

B

Onderdeel Ab komt te luiden:

Ab

Na artikel 2 wordt een paragraafaanduiding ingevoegd, luidende:

§ 2. Gegevens ten behoeve van reisdocumenten

C

Na onderdeel Ab wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

B

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid komt de tweede zin te luiden:

Bij of krachtens algemene maatregel van rijksbestuur kan worden bepaald in welke gevallen wordt afgezien van vermelding van respectievelijk geboorteplaats, woonplaats, adres en lengte.

2. In het derde lid wordt «Bij algemene maatregel van rijksbestuur» vervangen door «Bij of krachtens algemene maatregel van rijksbestuur».

3. Het vierde lid komt te luiden:

4. In bij of krachtens algemene maatregel van rijksbestuur te bepalen gevallen wordt in een reisdocument het burgerservicenummer van de houder vermeld.

4. Het achtste lid komt te luiden:

8. De tot uitreiking bevoegde autoriteiten voeren een reisdocumentenadministratie ten behoeve van de aanvraag, verstrekking en uitreiking van reisdocumenten. De administratie bevat de gegevens bedoeld in het eerste, tweede, vierde, vijfde, zesde en zevende lid, alsmede andere gegevens die bij de aanvraag zijn overgelegd. De administratie is zowel op naam als op documentnummer toegankelijk. Bij of krachtens algemene maatregel van rijksbestuur worden regels gesteld met betrekking tot de verwerking van gegevens in de administratie.

D

Onderdeel Ca komt te luiden:

Ca

De artikelen 4a en 4b vervallen.

E

Na onderdeel Ca wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

D

§ 3 Het basisregister reisdocumenten

Artikel 4c

1. Er is een basisregister reisdocumenten. Onze Minister is verantwoordelijk voor de gegevensverwerkingen in dit register.

2. Het basisregister reisdocumenten heeft tot doel de autoriteiten, instellingen en personen bedoeld in artikel 4e te voorzien van de in het basisregister reisdocumenten opgenomen gegevens voor zover deze gegevens noodzakelijk zijn voor de vervulling van hun taken en werkzaamheden bedoeld in dat artikel. Het basisregister reisdocumenten heeft mede tot doel om organen en instellingen te voorzien van de in het register opgenomen gegevens in overige bij algemene maatregel van rijkbestuur aan te wijzen gevallen.

3. Onze Minister stelt regels over het beheer, de beveiliging en de betrouwbaarheid van het register.

Artikel 4d

1. In het basisregister reisdocumenten worden uitsluitend de volgende gegevens opgenomen:

a. gegevens als bedoeld in artikel 3, eerste, vierde, vijfde, zesde en zevende lid;

b. gegevens die bij de aanvraag zijn overgelegd, niet zijnde de gezichtsopname, handtekening dan wel vingerafdruk van de aanvrager, en gegevens die betrekking hebben op de status van een reisdocument, alsmede de autoriteit die de gegevens heeft verstrekt en de datum waarop de gegevens zijn verstrekt;

c. gegevens met betrekking tot de status van het reisdocument als publiek identificatiemiddel.

2. De autoriteiten, belast met de uitvoering van deze wet, en de bestuursorganen en aangewezen organisaties bedoeld in de Wet digitale overheid verstrekken de in het basisregister reisdocumenten op te nemen gegevens aan Onze Minister.

3. Bij of krachtens algemene maatregel van rijksbestuur kunnen andere organen, instellingen en personen voor verstrekking worden aangewezen die bij de uitoefening van hun wettelijke taak over gegevens komen te beschikken die van belang zijn voor de bijhouding van het basisregister reisdocumenten.

4. Bij of krachtens algemene maatregel van rijksbestuur worden nadere regels gesteld omtrent de gegevensverwerking in het basisregister reisdocumenten, alsmede de bewaartermijn, de verwijdering en de vernietiging van de in het basisregister reisdocumenten opgenomen gegevens.

Artikel 4e

1. De gegevens uit het basisregister reisdocumenten kunnen worden verstrekt ten behoeve van de volgende taken of werkzaamheden aan de daarmee belaste organen en instellingen:

a. voor het in ontvangst nemen van aanvragen en het verstrekken, weigeren, vervallen verklaren, uitreiken, wijzigen, inhouden, dan wel definitief aan het verkeer onttrekken van documenten als bedoeld in artikel 2 van deze wet: de autoriteiten die belast zijn met deze taken;

b. voor het uitvoeren van artikel 25 van deze wet: Onze Minister, de Gouverneurs en de tot signalering bevoegde organen;

c. voor het laten functioneren van de voorzieningen ten behoeve van elektronisch berichtenverkeer, elektronische informatieverschaffing en elektronische authenticatie: Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

d. ter voorkoming en bestrijding van misbruik van of fraude met reisdocumenten: de organen, instellingen en personen met een wettelijke verplichting of een gerechtvaardigd belang daartoe;

e. voor de taken in het belang van de nationale veiligheid: de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst en de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst;

f. voor opsporing of voor toezicht op naleving van wettelijke voorschriften: organen en personen met een publiekrechtelijke opsporingstaak, onderscheidenlijk met een toezichthoudende taak;

g. ter identificatie van slachtoffers als gevolg van rampen of strafbare feiten: organen en personen die op grond van een wettelijk voorschrift zijn belast met deze taak;

h. ter uitvoering van de Rijkswet op het Nederlanderschap: Onze Minister van Justitie en Veiligheid;

i. ter uitvoerlegging van strafvonnissen: Onze Minister die het aangaat;

2. De gegevens uit het basisregister reisdocumenten kunnen ook worden verstrekt ten behoeve van aanvullende bij algemene maatregel van rijksbestuur aan te wijzen gevallen.

3. Ten aanzien van de verstrekkingen bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, van dit artikel wordt bij of krachtens algemene maatregel van rijksbestuur bepaald welke gegevens worden verstrekt en op welke wijze deze verstrekkingen plaatsvinden.

4. Alle overige verstrekkingen uit het basisregister reisdocumenten vinden plaats op grond van een besluit van Onze Minister naar aanleiding van een daartoe in te dienen aanvraag. In dit besluit wordt bepaald welke gegevens worden verstrekt en de wijze waarop deze gegevens worden verstrekt. Van dit besluit wordt mededeling gedaan op een voor eenieder kenbare wijze.

F

Onderdeel H komt te luiden:

H

Artikel 27 komt te luiden:

Artikel 27

1. Een reisdocument kan slechts worden verstrekt, nadat een aanvraag is ingediend bij een in artikel 26 bedoelde autoriteit.

2. Een aanvraag ingediend bij een in artikel 26 bedoelde autoriteit in een openbaar lichaam, Aruba, Curaçao of Sint Maarten wordt slechts in behandeling genomen als is voldaan aan het in of krachtens dit hoofdstuk bepaalde. De aanvrager wordt van het niet in behandeling nemen van de aanvraag terstond op de hoogte gesteld.

G

Onderdeel K komt te luiden:

K

Artikel 44 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, wordt «zijn de autoriteiten die ingevolge artikel 40 bevoegd zijn tot verstrekking daarvan.» vervangen door «zijn de autoriteiten bedoeld in artikel 40.»

2. Het tweede lid komt te luiden:

2. De tot weigering of vervallenverklaring bevoegde autoriteit die een aanvraag in behandeling neemt betreffende een persoon ten aanzien van wie een mededeling als bedoeld in artikel 25, vierde lid, is gedaan, of die een ingevolge artikel 52 of 53 ingehouden reisdocument heeft ontvangen, overtuigt zich er terstond van of de gronden tot weigering of vervallenverklaring ten aanzien van betrokkene nog bestaan.

H

Na onderdeel K wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

L

Artikel 59 komt te luiden:

Artikel 59

1. Bij of krachtens algemene maatregel van rijksbestuur kunnen nadere regels worden gesteld over het aanvraag- en uitgifteproces en over verwerking van gegevens in het kader daarvan.

2. Onze Minister kan regels vaststellen voor de nadere uitwerking van de procedures betreffende het aanvraag- en uitgifteproces van reisdocumenten, alsmede over de technische uitwerking en de beveiliging van dit proces.

Toelichting

Met deze tweede nota van wijziging worden enkele wetstechnische omissies hersteld. Daarnaast wordt aan de opsomming van de autoriteiten in het nieuwe artikel 4e, eerste lid onder a, toegevoegd dat het ook de autoriteiten betreft die bevoegd zijn aanvragen in ontvangst te nemen, documenten vervallen te verklaren, dan wel documenten definitief aan het verkeer te onttrekken. Deze waren abusievelijk niet in het artikel opgenomen. Ook is het nieuwe artikel 4d, eerste lid, onder b, in lijn gebracht met hetgeen hierover in de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel is gesteld, namelijk dat in het basisregister onder andere de aanvraaggegevens worden opgenomen. Ook hiermee wordt een omissie hersteld. Hierbij is expliciet vastgelegd dat het enkel de aanvraaggegevens zonder de gezichtsopname, handtekening en vingerafdrukken betreft. Deze zullen immers niet in het basisregister reisdocumenten worden opgeslagen.

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.W. Knops

Naar boven