Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 12 maart 2019
Tijdens het ordedebat op 12 februari 2019 (Handelingen II 2018/19, nr. 52, item 16) heeft het lid Belhaj (D66) ons verzocht nader in te gaan op de uitwerking van de
motie met Kamerstuk 35 000 X, nr. 90 over het waarborgen van de onafhankelijkheid van onderzoeken door de Inspectie Veiligheid
Defensie (IVD) en de Centrale Organisatie Integriteit Defensie (COID).
Centrale Organisatie Integriteit Defensie
In de brief over integriteit en een meldpunt (Kamerstuk 35 000 X, nr.86) hebben wij u geïnformeerd over de onafhankelijke positionering van de COID en haar
onderzoekers. We schreven ook dat voor alle interne onderzoeken naar vermoedens van
integriteitschendingen en misstanden geldt, dat aan de commissie van onderzoek een
onderzoeker wordt toegevoegd vanuit de COID zelf of vanuit de onderzoekerspool die
door de COID wordt beheerd. In specifieke gevallen kan de commissie zelfs volledig
bestaan uit onderzoekers die afkomstig zijn vanuit de COID of de pool. De beoogde
samenstelling waarborgt de onafhankelijkheid en deskundigheid van onderzoekscommissies.
Om de intensievere inzet van onderzoekers mogelijk te maken moet de onderzoekerspool
die door de COID wordt beheerd aanzienlijk worden uitgebreid. Het zal tijd kosten
om voldoende onderzoekers te werven, te selecteren en op te leiden en daarom is sprake
van een ingroeimodel. Over de voortgang hiervan wordt u zoals toegezegd in het najaar
geïnformeerd.
Inspectie Veiligheid Defensie
Op de Inspectie Veiligheid Defensie zijn de Aanwijzingen inzake de rijksinspecties
uit 2016 van toepassing. De aanwijzingen van de Minister-President aan ministers bevatten
heldere rijksbrede regels over het onafhankelijke functioneren van inspecties die
organisatorisch deel uitmaken van ministeries en functioneren in een politiek-bestuurlijk
krachtenveld. Door deze aanwijzingen op de IVD van toepassing te verklaren, heeft
de Minister de onafhankelijkheid van de inspectie op identieke wijze verankerd.
Veel medewerkers van de IVD hebben hun sporen verdiend bij andere inspecties of onderzoeksinstellingen,
terwijl andere de nodige kennis en ervaring bij Defensie hebben opgedaan. Het is de
combinatie van individuele competenties en achtergronden die mede bepalend is voor
de kwaliteit en de effectiviteit van de inspectie. Om (de schijn van) partijdigheid
of vooringenomenheid te voorkomen, wordt er bij het samenstellen van onderzoeksteams
op toegezien dat geen van de teamleden direct of indirect betrokken is (geweest) bij
de te onderzoeken aspecten. Op basis van deskundigheid komt de inspectie op een onpartijdige
en onafhankelijke wijze tot bevindingen en oordelen. Medewerkers van de IVD beseffen
terdege dat zij de onafhankelijkheid te allen tijde moeten bewaken, juist omdat de
inspectie de komende jaren het benodigde gezag moet verwerven om met haar bijdragen
de veiligheid bij Defensie te kunnen versterken.
In een binnenkort te publiceren onderzoeksprotocol beschrijft de inspectie de werkwijze
waarmee zij transparant en navolgbaar haar toezicht gaat uitvoeren. Zoals eerder gemeld
maakt de IVD haar rapporten openbaar op de eigen website www.ivd.nl. Zo kan iedereen er kennis van nemen en zelf beoordelen of de inspectie haar toezichthoudende
rol naar behoren heeft gespeeld.
De Minister van Defensie,
A.Th.B. Bijleveld-Schouten
De Staatssecretaris van Defensie
B. Visser