35 000 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Justitie en Veiligheid (VI) voor het jaar 2019

35 000 VII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2019

Nr. 11 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 november 2018

De GRECO (Groupe d’Etats contre la corruption; ressorterend onder de Raad van Europa) heeft op 21 juni 2013 haar rapport over Nederland in de vierde evaluatieronde vastgesteld.1De vierde ronde had betrekking op Corruption prevention in respect of members of parliament, judges and prosecutors.De GRECO beveelt onder meer aan om wettelijk te regelen dat het ambt van rechter en van Kamerlid (beide Kamers) niet tegelijkertijd kan worden vervuld.

In de gezamenlijke brief van 13 juni 2018 van de Minister van Justitie en Veiligheid en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aan uw Kamer bent u op de hoogte gebracht van de laatste stand van zaken van de implementatie van de aanbevelingen van de GRECO aan Nederland ter preventie van corruptie en het bevorderen van integer gedrag bij het parlement, de rechtspraak en het Openbaar Ministerie.2

In die brief is ook aangegeven dat ten aanzien van de aanbeveling over de rechterlijke macht (aanbeveling v.), waarin de GRECO adviseert tot invoering van een wettelijk verbod op het gelijktijdig uitoefenen van de functie van rechter en het lidmaatschap van het parlement, een advies van de Raad voor de rechtspraak werd verwacht. Dit advies hebben de Raad voor de rechtspraak, het Presidenten Raad Overleg (PRO) en de Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak (NVvR) bij brief van 18 juni 2018 gezamenlijk uitgebracht.

Hierbij stuur ik u dit advies, mede namens de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, toe3. Volgens het advies is zowel binnen de rechtspraak zelf, als in nationaal en internationaal perspectief het inzicht gegroeid dat een striktere scheiding van de staatsmachten wenselijk dan wel noodzakelijk is. Zij concluderen dat het voorstelbaar is dat de Minister het initiatief neemt tot wetgeving gelet op een verschuiving in het denken over de incompatibiliteit en het standpunt van de leden van de rechterlijke macht (inhoudende dat zij zich kunnen vinden in het onverenigbaar verklaren van het ambt van rechter met een lidmaatschap van de Eerste en Tweede Kamer).

Ik onderschrijf de aanbeveling van de GRECO en het standpunt van de rechtspraak. Een wettelijk verbod op de functiecombinatie van rechter en het lidmaatschap van het parlement onderstreept het belang van een onafhankelijke rechtspraak en doet recht aan een, zowel binnen de rechtspraak als internationaal gezien, breed gedeelde overtuiging dat deze functiecombinatie niet mogelijk zou moeten zijn. Met een wettelijk verbod wordt het juridisch kader in overeenstemming gebracht met de Leidraad onpartijdigheid en nevenfuncties en de NVvR-Rechterscode, waarin deze functiecombinatie respectievelijk wordt ontraden en als niet-aanvaardbaar wordt aangemerkt.

Ik ben daarom voornemens met inachtneming van het advies van de rechtspraak regelgeving voor te bereiden met het oog op het invoeren van een verbod op het gelijktijdig uitoefenen van de functie van rechter en het lidmaatschap van het parlement. Hiermee wordt voldaan aan de aanbeveling van de GRECO.

Een gelijkluidende brief is aan de voorzitter van de Eerste Kamer gestuurd.

De Minister voor Rechtsbescherming, S. Dekker


X Noot
3

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven