35 000 I Vaststelling van de begrotingsstaat van de Koning (I) voor het jaar 2019

Nr. 5 MOTIE VAN HET LID ÖZÜTOK

Voorgesteld 10 oktober 2018

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de Minister-President desgevraagd moet aangeven op welke gronden hij tot het oordeel is gekomen dat specifieke uitgaven uit de begroting van de Koning het openbaar belang raken;

constaterende dat de Algemene Rekenkamer bij het Verantwoordingsonderzoek over de begroting voor 2017 aangegeven heeft dat de afwegingen die de Minister-President maakt transparant moeten worden vastgelegd zodat er goede controle uitgevoerd kan worden door de Auditdienst Rijk en de Algemene Rekenkamer;

verzoekt de regering om, in overleg met de Algemene Rekenkamer het afwegingskader zo vorm te geven dat de kosten van het koningschap reproduceerbaar zijn voor de controle door de Auditdienst Rijk en de Algemene Rekenkamer;

en gaat over tot de orde van de dag.

Özütok

Naar boven