34 957 Wijziging van de Gaswet en van de Mijnbouwwet betreffende het minimaliseren van de gaswinning uit het Groningenveld

P BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 oktober 2019

Bijgaand treft u de resultaten van de door Staatstoezicht op de Mijnen (hierna: SodM) uitgevoerde uitvoerings- en handhaafbaarheidstoets (UHT) op de wijziging van de Mijnbouwregeling waarin regels worden gesteld voor de vergunninghouder van het Groningenveld1. Eerder heb ik aangekondigd de resultaten hiervan met uw Kamer te zullen delen (Kamerstuk 34 957 nr. 53).

SodM stelt dat de wijziging van de Mijnbouwregeling uitvoerbaar en handhaafbaar is. Wel geeft SodM enkele aandachtspunten. In de bijlage licht ik toe hoe ik de resultaten van de toets door SodM heb verwerkt in de regeling.

In de behandeling van dit onderwerp door de Tweede Kamer in het algemeen overleg van 12 september jl. heeft de vaste commissie Economische Zaken en Klimaat bij monde van lid Harbers geïnformeerd naar het communicatieprotocol dat door SodM is geadviseerd. Ook hierop ga ik in de bijlage nader in.

SodM heeft aangegeven mij op korte termijn nader te adviseren over de definities van de parameters en de daarbij horende grenswaarden. Op basis van dat advies zal ik deze in de Mijnbouwregeling aanpassen.

De gewijzigde Mijnbouwregeling heb ik inmiddels vastgesteld en deze zal de dag na publicatie in de Staatscourant in werking treden.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes

BIJLAGE 1: RESULTATEN UHT, COMMUNICATIEPROTOCOL

Voordat ik in ga op de resultaten van de UHT, licht ik voor de volledigheid de context van de regeling nogmaals toe. De regeling bevat voorschriften waar de vergunninghouder van het Groningenveld zich bij het uitvoeren van de door mij vastgestelde operationele strategie aan moet houden. De regeling borgt dat ontwikkelingen in de seismiciteit worden gemonitord en geanalyseerd. Dit betreft het zogenaamde «meetdeel» van het Meet- en Regelprotocol (MRP). Het «regeldeel», is reeds verankerd in de gewijzigde Mijnbouwwet. Hierin is geregeld dat ik jaarlijks een operationele strategie vaststel en daarnaast gedurende het gasjaar de mogelijkheid heb om in te grijpen. Ik herhaal dat ik voortdurend zoek naar mogelijkheden de winning verder te verlagen en zo snel mogelijk te beëindigen, ook als de actuele situatie ten aanzien van seismiciteit daar geen directe aanleiding voor geeft.

Resultaten UHT

SodM geeft in zijn UHT aan veel waarde te hechten aan meerdere niveaus bij het monitoren en analyseren van trends in de seismiciteit, zoals ook het geval was bij het MRP. In het MRP bestonden de volgende niveaus: monitoring, waakzaamheid, signalering en interventie. SodM geeft aan dat een vroegtijdige signalering van een mogelijke trend de mogelijkheid geeft om te overwegen maatregelen goed door te denken, voor te bereiden en te implementeren zodat doorgaande escalatie zo snel mogelijk wordt beperkt. Ik ga hierin mee, waarbij ik wil benadrukken dat de seismiciteit continu wordt gemonitord en dat er altijd sprake is van waakzaamheid. Ook heb ik vastgelegd dat al vanaf het signaleringsniveau een uitgebreide analyse van de seismiciteit moet worden gemaakt door de vergunninghouder.

SodM geeft daarnaast aan dat bij een overschrijding van de parameters het belangrijk is om de trend of het incident te analyseren en vast te stellen of er sprake is van een zorgwekkende ontwikkeling. Als laatste punt geeft SodM aan dat de mijnbouwonderneming moet komen met voorstellen voor een tijdelijke maatregel om de operationele strategie aan te passen. Beide aandachtspunten heb ik meegenomen in de definitieve versie van de regeling. De suggestie dat NAM ontstane schade ten gevolge van een beving moet meenemen in haar analyse neem ik niet over. De schadeafhandeling is belegd bij de TCMG, inclusief de communicatie hierover.

Communicatieprotocol

Ik vind het belangrijk dat inwoners in Groningen een goed beeld hebben wat zij mogen verwachten van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat, de toezichthouder en hun lokale overheden bij het bereiken van bepaalde niveaus in de seismiciteit. SodM benadrukt dit ook in zijn UHT. In de Mijnbouwregeling kunnen echter alleen verplichtingen aan de vergunninghouder worden opgelegd. De regeling ziet dus niet op de communicatie door andere partijen, daarover maak ik dit najaar aparte afspraken met SodM en de regio. Het communicatieprotocol is erop gericht de monitoring van de seismiciteit voor een ieder transparant en inzichtelijk te maken.


X Noot
1

Ter inzage gelegd op de afdeling Inhoudelijke ondersteuning onder griffie nr. 165683.

Naar boven