Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 13 juli 2022
Met deze brief reageer ik op het verzoek van Kamerlid Hammelburg uw Kamer schriftelijk
te informeren over de appreciatie van de Investment Case van de Global Fund to fight AIDS, Tuberculosis and Malaria.
De Investment Case is opgesteld ter voorbereiding op de 7de
replenishment van het Global Fund, die plaats zal vinden in de VS in september 2022. Het Global
Fund stelt voor de periode 2024–2.026 USD 18 miljard nodig te hebben voor de strijd
tegen de drie ziekten, hiv, tuberculose en malaria. De Investment Case geeft donoren
inzicht in het werk van de Global Fund en de prioriteiten tot en met 2026.
De strijd tegen Aids, TB en Malaria
Het Global Fund beoogt in de komende drie jaar sterftecijfers als gevolg van aids,
TB en malaria met 64% terug te dringen alsmede het aantal besmettingen met 58% met
als uiteindelijk doel is om de drie ziekten uit te bannen in 2030. Het Global Fund
beargumenteerd dat de negatieve impact van Covid-19 op de behaalde resultaten groot
is. Er zijn in 2020, 22 procent minder hiv-testen uitgevoerd. Medische behandeling
voor tuberculose is gedaald met 18 procent en er zijn 12.4 procent meer mensen overleden
aan malaria. Dat maakt dat het Global Fund nu extra wil inzetten om de schade in te
halen.
Het financieringsvoorstel bouwt voort op de nieuwe meerjarenstrategie van het Global
Fund die november 2021 werd vastgesteld. Het fonds beoogt de inzet voor de bestrijding
van de drie ziekten te combineren met investeringen in versterking van gezondheidssystemen
en beoogt de komende jaren 30% van de fondsen hiervoor in te zetten. Het tegengaan
van ziekten vergt een combinatie van ziektespecifieke investeringen zoals testen,
vaccins of muggennetten en investeringen in versterking van gezondheidsinfrastructuur
en -capaciteit. Op deze manier hoopt het Global Fund ook te kunnen bijdragen aan voorbereiding
en weerbaarheid op pandemieën.
Sinds 2020 heeft Global Fund zich ingezet om de impact op de drie ziekten van COVID-19
te mitigeren, door o.a. verstrekken van mondmaskers, testen en zuurstof apparaten.
Hiervoor is een specifiek fonds opgezet, het C-19 response mechanism. Dit maakt geen deel uit van de Investment Case.
De Investment Case geeft terecht de nodige aandacht aan gemarginaliseerde groepen
die uitgesloten zijn van medische zorg. Het Global Fund geeft directe steun aan lokale
organisaties, zodat ze juist die mensen kunnen bereiken die de steun het hardst nodig
hebben en is tevens de grootste donor voor harm reduction (o.a. schone spuiten en methadon voor mensen die drugs gebruiken).
Appreciatie
Het Global Fund, dat ooit is opgericht als noodfonds, is niet meer weg te denken uit
het gezondheidslandschap. Gevaar is evenwel een grote mate van afhankelijkheid van
ontvangende landen van externe financiering via het Global Fund voor de bestrijding
van de drie ziekten. Global Fund is zich hiervan bewust en landen die aanspraak willen
maken op financiering, moeten zelf ook bijdragen. Vooral sinds COVID-19 is dat echter
niet altijd mogelijk gebleken. Het Global Fund is een financieringsmechanisme en daardoor
niet aanwezig in de landen waarvoor het werkt. Hierdoor is het fonds sterk afhankelijk
van de samenwerking met andere organisaties, zoals VN en NGO’s die wel aanwezig zijn
in de landen. Een goede balans, ook in financieel opzicht, tussen gezondheidsfondsen
en VN organisaties zoals de WHO of UNAIDS is daarom belangrijk.
Nederland draagt sinds de oprichting van het fonds in 2002 bij aan het Global Fund
en is met een bijdrage van 156 miljoen EUR voor de periode 2020–2022 momenteel 10de
grootste donor. Financiering hiervan vindt plaats lastens de BHOS begroting. Nederland
is een betrouwbare donor van de Global Fund en zal ook de komende jaren blijven bijdragen
aan dit fonds. Mede op basis van de investment case zal het kabinet een besluit nemen
over de hoogte van de Nederlandse bijdrage. De Nederlandse bijdrage zal worden aangekondigd
tijdens de replenishment in september dit jaar.
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking,
E.N.A.J. Schreinemacher